Doorgaan naar hoofdcontent

Weekje Puglia: dag V

Casalabate en Lecce 

Als we Casalabate binnenrijden zien we villa’s verstopt achter hoog hekwerk en muren. Soms is het een villa waarvan je ziet dat de bewoners niets te klagen hebben, maar vaker is het in verval, staat het op instorten of is het simpelweg nooit afgebouwd. De straten lopen in een blokpatroon. Het asfalt bevat kuilen en bobbels, links en rechts van ons liggen onverharde wegen die uitlopen in het niets. 

Af en toe is een muur bewerkt met een muurschildering. Zogenoemde streetart. Kunstig, maar als je in een afgelegen plaatsje zoals dit overal kleurige en vrolijke steetart ziet, dan weet je: we zitten in een armoedige en criminele omgeving. Als we een afslag over een rotonde nemen, wat tevens het centrum van het dorpje is, zien we kale gebouwen met luiken naar beneden. Tijdens het zoeken naar onze Airbnb rijden we minstens een kwartier door het dorp, we treffen hooguit één of twee tegenliggers. Op een bord staat een route aangegeven naar Club Exotic.

We hebben een flink stukje moeten rijden. Vanochtend hebben we het appartement in de heuvels nabij Monopoli achter ons gelaten. We deden nog in een duik in het zwembad met uitzicht op stad en zee en lieten ons opdrogen op een strandbedje. Niet lang daarna reden we door olijfboomgaarden, langs de typische trullo en ging de navigatie richting Casalabate. 

Nu staan we hier voor het hek van ons appartementje. Het is rond het middaguur en bloedheet. Aan de overkant zit een man en een jongedame onder het balkon hun siësta te houden. Als ze onze koffertjes horen rollen veren ze meteen op. Terwijl we contact proberen te leggen met de verhuurster, gebaart de man dat we bij hem in de schaduw mogen komen staan. Hij vraagt waar we vandaan komen. Zijn dochter, die een aantal woordjes Engels spreekt, vertaald zo nu en dan. Zijn vrouw steekt haar hoofd uit de deur, begroet ons op z’n Italiaans en keert weer terug naar haar knippien. De man snelt zich naar binnen en komt terug met twee kleine flesjes crodino, een bitterzoet frisdrankje, voor de dorst. De buurman komt aangelopen. Hij hoorde ons praten en hij spreekt wel een woordje Duits. Met handen en voeten hebben we een gesprekje en dan komt de verhuurster al aangereden. 

Club Exotic, de lido die op internet staat aangeschreven als het hoogtepunt van dit dorp, zit dicht. Een lido is iets typisch Italiaans. Je hebt het strand, wat voor iedereen vrij toegankelijk is, een Lido is een stukje strand met een bar waar je een strandstoel kunt huren. Nergens een strandstoel, wel rieten parasols. We strijken onze handdoek neer en na een duik in zee, waar we proberen te snorkelen, laten we ons opdrogen in de aangename middagwarmte. 

Dan valt plots, en dit lieg ik niet, een flipper uit de lucht. Pal op mijn buik. Ik heb het niet over de vrolijke beesten van het dolfinarium, maar over die dingen die je aan je voeten doet wanneer je duiken gaat. Boven op de parasol lag de andere flipper, achtergelaten door een nietsvermoedende eigenaar. Blij als kinderen trappelen we om de beurt door het water. 

In de avond rijden we naar Lecce, een oude Romeinse stad met overal waar je kijkt barokke gebouwen. We lopen door de oude en levendige straten en plotseling komt er uit een deur de geur van truffel op ons af waaien. Een heuse truffelwinkel. Hier moest Anneke even kijken. Als Sjakie in de Chocoladefabriek huppelt ze door de zaak. 

Even verderop strijken we neer op een terras, bestellen we een burratta, een pasta carbonara en laten we ons trakteren op valse noten van een straatmuzikant. Bij het oude amfitheater eten we een gelati en laten we ons verdwalen bij het zoeken naar onze auto. 

Als we naar bed gaan en het licht uitdoen merken we al snel dat we niet alleen zijn. In de kamer vliegen steekmuggen van een brutaal en bovendien jeukerig soort. Ik wordt wakker van de jeuk, en tel dat ik op minstens vijf plekken ben geprikt. Anneke, die ook wakker ligt van de jeuk en irritatie, doet het ligt aan en als twee bezetenen gaan we, bewapend met een opgerold magazine, op muggenjacht. Het is drie uur in de nacht als we de meeste muggen hebben doodgeslagen. We kruipen we ons bed weer in. Morgen gaan we snorkelen. 








Reacties

Populaire posts van deze blog

#155 Ranking de logo's

Vanochtend hoorde ik onderweg naar werk in het nieuwsbulletin van Radio2 de ophef voorbijkomen over het nieuwe logo van de Gemeente Urk. Kom op jongens, het is toch een kostelijk plaatje?  Omdat de ambtenaren van de NOP weer aan het werk zijn gegaan, was het zoeken naar een plekje. Mijn Toyotaatje (de meeste Toyota's per inwoners!) parkeerde ik naast een busje van de gemeente. Pas toen viel het logo van de NOP mij op. Was ik al wel bekend mee natuurlijk, maar een mens kijkt nu eenmaal anders naar zaken als hij net uit een dorp vol ophef komt puffen. Laten we de logo's van de andere Flevolandse gemeenten eens van dichtbij bekijken. En laten we er meteen een ranglijstje van maken.  Gemeente Almere Slogan: Het kán in Almere! Het logo van de gemeente Almere springt meteen in het oog. Hier is groots uitgepakt. Er wordt ook prettig gespeeld met het perspectief, waardoor je pas na een tijdje kijken een grote A ontwaart. Groots, maar plat. Almere samengevat. Had wel wat meer creativit...

#145 de Trumpweek

Een van de meest ingrijpende gebeurtenissen afgelopen week maakte nauwelijks indruk. Op mij noch op de mensen om me heen. Zelfs op sociale media is het behoorlijk rustig. In dat malle grote land is Donald Trump herkozen als president.    ‘Trump is weer president he,’ zei een collega terloops.    ‘Tsja, het is allemaal wat,’ antwoorde ik.    En daarmee was de bespreking van de verkiezingsnacht afgehandeld. Terwijl bij iedereen de alarmbellen af zou moeten gaan – Trump is een lont in een akelig gevaarlijk hoopje buskruit – gebeurt dat niet echt. Tenminste, ik heb het niet meegekregen. Misschien omdat mijn sociale-mediaconsumptie ook niet meer is wat het was. De fratsen van die andere halve zool, Elonnetje Musk, zorgt ervoor dat ik steeds minder zin heb om op die grote X te tikken. Na een tijdje merk je dat je er niks aan mist ook. Maar goed, we hadden het over de Amerikaanse verkiezingen. Iemand waar ik af en toe mee samen werk is een aantal jaar terug me...

#144 De mensheid zal nog van mij horen

Mag je een boek bejubelen alvorens je hem uitgelezen hebt? Ga het toch doen. In de podcast Radio Romano, een voortzetting van de Krokante Leesmap, werd het nieuwe boek van Joris van Casteren getipt. Bekend van titels als Lelystad, Het been in de IJssel en Het zusje van de bruid. De titel van dat boek over de man die jarenlang zijn overleden moeder in huis bewaarde heb ik zo snel niet paraat. Lelystad was een toffe leeservaring, kan niet anders zeggen. Zijn manier van schrijven - kort en afstandelijk en juist daardoor ironisch – trok me in een mum van tijd door dat hele boek heen. Van Casteren heeft een oog voor het menselijk tekort, en er is niets mooiers dan het menselijk tekort. Even zonder gekheid, de boeken van Van Casteren zijn niet enkel droog of grappig. Vaak juist een beetje luguber. Zoals Het been in de IJssel, wat gaat over, nou ja, een gevonden menselijk been in de IJssel. Dat boek is een zoektocht naar de eigenaar van dat been, wat hem uiteindelijk helemaal naar Duitsland l...