Doorgaan naar hoofdcontent

#17 ansoop (ansjovis)

 


Volgens mij heb ik het nog maar één keer gegeten. En dat slechts als onderdeel in een gerecht dat ik ook nog maar één keer gegeten heb. Het gerecht was gefrituurde courgettebloem, op een terrasje ergens in Rome, de smaakmaker was ansjovis.

Per toeval zag ik nieuwe boek van Petra Possel voorbijkomen op sociale media, en hoewel je een boek niet op zijn kaft moet beoordelen, trok het mijn nieuwsgierigheid en trakteerde ik mezelf vervolgens op de rode omslag, met daarop een knalgeel conservenblikje ansjovis.

Petra Possel, ooit vanuit Amsterdam naar het rustieke Friese Gaast getrokken, was op een dag de dijk opgeklommen en zat daar op een bankje te mijmeren over het IJsselmeer. Hoe kan het toch zijn dat toen het IJsselmeer nog zee was het vol ansjovis zat en we het nu nog nauwelijks kennen?
   Bij Ansjovis - of Ansoop in fijn Urkers – denken we vooral aan Zuid-Europa. Een Nederlander belegt zijn pizza nu eenmaal niet zo snel met ansjovis, dat bestellen we bij de Italiaan als we eens avontuurlijk willen doen. Terwijl ik zelf toch Ansjovis zou moeten kennen, bedacht ik me na het lezen van het boek. Als geboren Urker uit een vissersfamilie ben ik grootgebracht met de smaak van verse tong, schol en gerookte oal (paling), maar niet met ansjovis. Terwijl twee tot drie generaties terug de hele bevolking naar de haven trok als de Ansjovisvangst aan wal werd gebracht. De lessen op de Wilhelminaschool werden gestaakt zodat de kinderen konden meehelpen met het schoon, - en inmaken van de ansoop. Er bestaan nog prachtige foto’s van de haven vol bedrijvigheid, botters, vissersnetten en tafels en kisten vol met de vis. De ansjovisvangst was het spek op de botten van de vissers. Als die er was, want de vangst liet zich niet voorspellen. Het ene jaar werden netten vol aan wal geloosd, het andere jaar bleef de vangst uit.

Possel trok haar schoenen aan en begon met haar zoektocht naar de vis die haar langs de voormalig Zuiderzeekust tot aan Spanje en Italië bracht. Des te zuidelijker, des te meer verknocht zijn ze aan het straalvinnige visje, zo lijkt het. De personen en verhalen die ze onder haar reis tegenkomt doet me denken aan mijn eigen thuishaven. Oude vissersmannen, verweerde koppen, ogen op sap als ze spreken over vroeger, toen de vangsten nog goed waren. Want met de visserij gaat het al een tijdje niet zo goed. Met de (ansjo)vis zelf gaat het ook niet zo lekker. Het blijkt nog een niet makkelijk te vangen vis zijn overigens. Ze zwemmen en paaien daar waar de zee net warm genoeg is, komen alleen naar boven met zonsopkomst en zijn gevoelig voor vervuiling, trillingen en alles waar het leven in zee mee te kampen heeft.

De vissersdorpjes vertellen allemaal hetzelfde verhaal: de vis wordt vers gevangen, verser dan hier krijg je hem niet en nergens wordt hij zo goed ingemaakt, geserveerd en gegeten als hier. Maar de vis kan de gemoederen hoog doen oplopen. Zo hebben Spaanse en Franse vissers jarenlang een vete uitgevochten over de ansjovisvisserij. Dat Franse vissers jaloers en afgunstig zijn naar Europese vissers die duurzamer (en succesvoller) gaan vissen, weten we op Urk alles van. Maar goed, dit is een boekbespreking en geen stemmingmakerij.

Het zijn het type boeken waar ik een zwak voor heb. Zoals het boek Ananas van Lex Kroon, die op een dag een treurige ananasplant cadeau kreeg van zijn verse ex. Als wijze van liefdesverdrietverwerking ging hij op zoek naar alles wat met de ananas te maken heeft. Met een prachtig en interessant verhaal als resultaat.
   De zoektocht van Possel naar de ansjovis is minstens zo interessant. De portretten van de mensen die ze spreekt blijven je bij, de schilderachtige sfeer van de vissersplekjes die ze aandoet laat enkel je ogen doen sluiten om je het tafereel in te beelden. Het is een vermakelijk boekje geworden. Met een groot verhaal, over een kleine vis.

‘Ik kan iedereen aanraden om zijn neus achterna te reizen en die neus diep in één onderwerp te steken’, schrijft ze op het eind. Bijna alles heeft een verhaal en komt ergens vandaan. Ik wil ook op zoek naar de ansjovis, besloot ik na het lezen. Ik wil naar een Italiaan en daar pizza met ansjovis eten, benieuwd als ik geworden ben naar de bijzondere smaak van de vis. Bleek ik hem allang te eten. Althans, zonder het door te hebben. Toen ik laatst mijn favoriete barbecuesaus over een stukje kip gooide viel mijn oog op een dikgedrukte ingrediëntennaam: ansjovis.


Reacties

Populaire posts van deze blog

#155 Ranking de logo's

Vanochtend hoorde ik onderweg naar werk in het nieuwsbulletin van Radio2 de ophef voorbijkomen over het nieuwe logo van de Gemeente Urk. Kom op jongens, het is toch een kostelijk plaatje?  Omdat de ambtenaren van de NOP weer aan het werk zijn gegaan, was het zoeken naar een plekje. Mijn Toyotaatje (de meeste Toyota's per inwoners!) parkeerde ik naast een busje van de gemeente. Pas toen viel het logo van de NOP mij op. Was ik al wel bekend mee natuurlijk, maar een mens kijkt nu eenmaal anders naar zaken als hij net uit een dorp vol ophef komt puffen. Laten we de logo's van de andere Flevolandse gemeenten eens van dichtbij bekijken. En laten we er meteen een ranglijstje van maken.  Gemeente Almere Slogan: Het kán in Almere! Het logo van de gemeente Almere springt meteen in het oog. Hier is groots uitgepakt. Er wordt ook prettig gespeeld met het perspectief, waardoor je pas na een tijdje kijken een grote A ontwaart. Groots, maar plat. Almere samengevat. Had wel wat meer creativit...

#145 de Trumpweek

Een van de meest ingrijpende gebeurtenissen afgelopen week maakte nauwelijks indruk. Op mij noch op de mensen om me heen. Zelfs op sociale media is het behoorlijk rustig. In dat malle grote land is Donald Trump herkozen als president.    ‘Trump is weer president he,’ zei een collega terloops.    ‘Tsja, het is allemaal wat,’ antwoorde ik.    En daarmee was de bespreking van de verkiezingsnacht afgehandeld. Terwijl bij iedereen de alarmbellen af zou moeten gaan – Trump is een lont in een akelig gevaarlijk hoopje buskruit – gebeurt dat niet echt. Tenminste, ik heb het niet meegekregen. Misschien omdat mijn sociale-mediaconsumptie ook niet meer is wat het was. De fratsen van die andere halve zool, Elonnetje Musk, zorgt ervoor dat ik steeds minder zin heb om op die grote X te tikken. Na een tijdje merk je dat je er niks aan mist ook. Maar goed, we hadden het over de Amerikaanse verkiezingen. Iemand waar ik af en toe mee samen werk is een aantal jaar terug me...

#144 De mensheid zal nog van mij horen

Mag je een boek bejubelen alvorens je hem uitgelezen hebt? Ga het toch doen. In de podcast Radio Romano, een voortzetting van de Krokante Leesmap, werd het nieuwe boek van Joris van Casteren getipt. Bekend van titels als Lelystad, Het been in de IJssel en Het zusje van de bruid. De titel van dat boek over de man die jarenlang zijn overleden moeder in huis bewaarde heb ik zo snel niet paraat. Lelystad was een toffe leeservaring, kan niet anders zeggen. Zijn manier van schrijven - kort en afstandelijk en juist daardoor ironisch – trok me in een mum van tijd door dat hele boek heen. Van Casteren heeft een oog voor het menselijk tekort, en er is niets mooiers dan het menselijk tekort. Even zonder gekheid, de boeken van Van Casteren zijn niet enkel droog of grappig. Vaak juist een beetje luguber. Zoals Het been in de IJssel, wat gaat over, nou ja, een gevonden menselijk been in de IJssel. Dat boek is een zoektocht naar de eigenaar van dat been, wat hem uiteindelijk helemaal naar Duitsland l...