Doorgaan naar hoofdcontent

#16 de dood van Stalin

 In de late ochtend van 1 maart 1953 kwam er een bediende met een kopje thee met een schijfje citroen aan een slaapkamerdeur. Ze haalde adem, schraapte haar keel en klopte aan… maar hoorde niets. Ze moet gedacht hebben dat de persoon die ze wekken moest nog lag te slapen, en diegene hield er niet van gestoord te worden uit zijn nachtrust. Ze zal, zo stel ik het me voor, het dienblaadje tenslotte voor de deur hebben neergezet en de verdere dag in spanning hebben gekeken of de thee naar binnen was gepakt.

Maar thee werd er niet meer gedronken. Aan de andere kant van de deur lag Jozef Stalin. Op zijn tapijt, in een plas van zijn eigen urine. Het zou nog de hele dag duren voordat zijn personeel eindelijk de moed bij elkaar had verzameld de kamer te betreden en de man in zijn noodlijdende toestand aan te treffen. De Maarschalk was getroffen door een hersenbloeding.

Misschien komt het door de oorlog in Oekraïne en de steeds meer ontpoppende dictator Poetin dat ik mij steeds meer begin te verliezen in de geschiedenis van de Sovjetunie. Hoe kan het toch zijn dat een land zo lang gebukt heeft kunnen gaan onder zoveel angst en staatsterreur? Hoe kan het zo zijn dat slechts één man het voor het zeggen kan krijgen en met een blauw potloodje kan beslissen over miljoenen mensenlevens? In de geschiedenis van Stalin is er één onderdeel – zijn dood – dat al een tijdje mijn aandacht trekt.

Pas een dag later, de tweede maart, kwam het politbureau naar Stalins datsja. Stalin, nog steeds bij leven, werd op een bank getild en de partijlieden besloten op zoek te gaan naar de beste dokters van Moskou. Die dokters waren er niet meer, zo bleek al snel. Tijdens een van de vele zuiveringen waren alle vooraanstaande dokters en artsen óf naar de goelag gestuurd, of na een schijnproces vermoord. Aan de overgebleven dokters die tenslotte werden opgetrommeld werd vooral de vraag gesteld: kan hij zich nog herstellen?

Een paar dagen later kon Stalin het tijdige voor het eeuwige verruilen. Die laatste dagen moeten vreselijk zijn geweest. Het nieuws werd bekend gemaakt, het land stortte zich in een massale, diepe rouw. Maar niet iedereen rouwde. De leden van het politbureau raakten verwikkelt in een machtsstrijd over de opvolging, terwijl de uitvaart van Stalin nog plaats moest vinden.

Nu is de vraag: zouden de partijbonzen opgelucht zijn geweest toen de artsen de vraag hadden beantwoord met dat Stalin het niet meer zou redden?

De man waar iedereen voor vreesde was niet meer. Er viel een rust over iedereen die naast hem stond. Eén verkeerde stap kon je einde betekenen. Voor de leden van het politbureau betekende het ook een einde aan de talloze zuipavonden in Stalins datsja, of filmavonden waar ze tot vervelens toe westernfilms hadden moeten kijken. Stalin ging door tot diep in de nacht en niemand haalde het in zijn hoofd om eerder te vertrekken of zo’n avondje over te slaan.

Stalin vertrouwde niemand, niemand vertrouwde Stalin. Al was je nog zo overtuigd communist en hielenlikker, hij markeerde net zo makkelijk een vinkje achter je naam en weg was je.

Maar de vraag is natuurlijk wie het meest bang was. Stalin zelf sliep in verschillende datsja’s, en koos pas vlak voor het slapengaan zijn slaapvertrek uit. Bang als hij was in zijn slaap vermoord te worden. Iedereen was een potentieel vijand. Overal zag hij complotten tegen hem. De man die talloze dodenlijsten maakte moet onophoudelijke nekklachten hebben gehad van het over zijn schouder kijken.

Nog opmerkelijk (maar verder niet zo belangrijk) is dat er in Stalins bureaulaatje drie briefjes zijn gevonden. De eerste van Lenin die eiste dat hij excuses maakte aan zijn vrouw Kroepskaja. Stalin zou haar grof bejegend hebben.
   De tweede was van Boecharin, een econoom en Bolsjewistisch kameraad van Stalin. Ter dood veroordeeld na een schijnproces. In het briefje stond: Koba, waarom is mijn dood zo belangrijk voor jou?
   Het derde briefje kwam van de communistische leider van toenmalig Joegoslavië, Tito. Het luidde: Stop met moordenaars naar Belgrado te sturen, want anders stuur ik een man naar Moskou en ik hoef er geen tweede te sturen.
   Blijkbaar hebben de brieven zo’n verpletterende indruk op Stalin gemaakt dat hij ze bewaard heeft.

Afijn, kijk met de bovenstaande geschiedenis naar het huidige Kremlin en je ziet niet langer een alleenheerser waar iedereen bang voor is, maar een angstig mannetje die niemand meer vertrouwd.

Blijft toch een gek land he?

Reacties

Populaire posts van deze blog

#155 Ranking de logo's

Vanochtend hoorde ik onderweg naar werk in het nieuwsbulletin van Radio2 de ophef voorbijkomen over het nieuwe logo van de Gemeente Urk. Kom op jongens, het is toch een kostelijk plaatje?  Omdat de ambtenaren van de NOP weer aan het werk zijn gegaan, was het zoeken naar een plekje. Mijn Toyotaatje (de meeste Toyota's per inwoners!) parkeerde ik naast een busje van de gemeente. Pas toen viel het logo van de NOP mij op. Was ik al wel bekend mee natuurlijk, maar een mens kijkt nu eenmaal anders naar zaken als hij net uit een dorp vol ophef komt puffen. Laten we de logo's van de andere Flevolandse gemeenten eens van dichtbij bekijken. En laten we er meteen een ranglijstje van maken.  Gemeente Almere Slogan: Het kán in Almere! Het logo van de gemeente Almere springt meteen in het oog. Hier is groots uitgepakt. Er wordt ook prettig gespeeld met het perspectief, waardoor je pas na een tijdje kijken een grote A ontwaart. Groots, maar plat. Almere samengevat. Had wel wat meer creativit...

#145 de Trumpweek

Een van de meest ingrijpende gebeurtenissen afgelopen week maakte nauwelijks indruk. Op mij noch op de mensen om me heen. Zelfs op sociale media is het behoorlijk rustig. In dat malle grote land is Donald Trump herkozen als president.    ‘Trump is weer president he,’ zei een collega terloops.    ‘Tsja, het is allemaal wat,’ antwoorde ik.    En daarmee was de bespreking van de verkiezingsnacht afgehandeld. Terwijl bij iedereen de alarmbellen af zou moeten gaan – Trump is een lont in een akelig gevaarlijk hoopje buskruit – gebeurt dat niet echt. Tenminste, ik heb het niet meegekregen. Misschien omdat mijn sociale-mediaconsumptie ook niet meer is wat het was. De fratsen van die andere halve zool, Elonnetje Musk, zorgt ervoor dat ik steeds minder zin heb om op die grote X te tikken. Na een tijdje merk je dat je er niks aan mist ook. Maar goed, we hadden het over de Amerikaanse verkiezingen. Iemand waar ik af en toe mee samen werk is een aantal jaar terug me...

#144 De mensheid zal nog van mij horen

Mag je een boek bejubelen alvorens je hem uitgelezen hebt? Ga het toch doen. In de podcast Radio Romano, een voortzetting van de Krokante Leesmap, werd het nieuwe boek van Joris van Casteren getipt. Bekend van titels als Lelystad, Het been in de IJssel en Het zusje van de bruid. De titel van dat boek over de man die jarenlang zijn overleden moeder in huis bewaarde heb ik zo snel niet paraat. Lelystad was een toffe leeservaring, kan niet anders zeggen. Zijn manier van schrijven - kort en afstandelijk en juist daardoor ironisch – trok me in een mum van tijd door dat hele boek heen. Van Casteren heeft een oog voor het menselijk tekort, en er is niets mooiers dan het menselijk tekort. Even zonder gekheid, de boeken van Van Casteren zijn niet enkel droog of grappig. Vaak juist een beetje luguber. Zoals Het been in de IJssel, wat gaat over, nou ja, een gevonden menselijk been in de IJssel. Dat boek is een zoektocht naar de eigenaar van dat been, wat hem uiteindelijk helemaal naar Duitsland l...