Doorgaan naar hoofdcontent

#133 vergeet je zwemtulbandje niet!

In een restaurantje op Büyükada, met zicht op de Zee van Marmara, at ik kebab met yoghurt. Kebab in Turkije is anders dan kebab na een avondje stappen hier.

Het toetje zouden we elders doen. Mijn reisgenoot en ik zaten allebei aardig vol en waren toe aan een kleine wandeling om de kost te laten zakken. Terwijl de beheerder van de pot aan het afrekenen was, slenterde ik wat ongeduldig door het restaurantje en nam de inrichting in me op. Daarbij nam ik een foto van een levensgroot portret van Atatürk.

Er was iets te doen met het pinapparaat, de betaling liet op zich wachten. Ik neusde wat door een rijtje boeken, al begrijp ik net zo weinig van Turks als van het Mandarijn, tot ik aangesproken werd.
‘Do you know who that is?’
Een stel aan een tafeltje keek me uitnodigend aan. De vraag kwam van de vrouw. Ze wees naar het portret.
Ik liet mijn handen in mijn broekzakken glijden en probeerde zo nonchalant mogelijk te antwoorden: ‘I believe that is Atatürk’.
‘What do you know about him?’
Het begon op een onverwachte overhoring te lijken. Of op een spelronde van De Slimste Mens, zo je wilt. Vanaf de muur keek Atatürk toe.
Ik somde op wat ik van de man wist. Dat hij de stichter van Turkije is en dat hij een seculiere staat heeft opgericht. Daarmee hield mijn kennis eigenlijk wel op.
The father of the Turks’, voegde ik er nog aan toe.

De vrouw pakte hierop een loftrompet onder de tafel vandaan en begon daar een partij op te blazen. Dat het een slimme en belezen man was, dat hij zoveel betekend had voor het Turkse volk, dat het Ottomaanse Rijk na de Eerste Wereldoorlog was onderverdeeld door de geallieerden, en de Grieken, maar dat Atatürk opstond en riep: ‘ja zeg, maar dat gaat zomaar niet!’
Een kleine hagiografie werd gratis en voor niets voor me uiteengezet.  
De man deed ondertussen wat mannen doen in zo’n situatie: goedmoedig knikken.
Ik kreeg nog een boekentip mee, waarvan de auteur me bij het verlaten van het restaurant al ontschoten was.

De passie waarmee de vrouw over de Turkenvader sprak had iets aandoenlijks en vervreemdend tegelijkertijd. Ik probeerde me voor te stellen dat een Nederlander op een toerist zou afstappen en een lofzang zou afsteken over Willem van Oranje. Dat lukte niet zo goed, we zouden dat zelfs een beetje gek vinden. In Nederland hebben we juist de traditie om heldendaden te relativeren, daarbij steken we elkaar de troef af met weetjes die mythes doorprikken. Wist je dat Willem van Oranje helemaal geen Nederlands sprak?

Na een weekje rondgewandeld te hebben in Istanboel vielen me een paar dingen op. Bijna overal, in eetgelegenheden, in hotellobby’s, in winkels, ja zelfs in metrostations, hangt een portret van Atatürk. Zijn blik rust over de miljoenen Turken die dagelijks door de metropool bewegen.

In de wijk van ons hotel, Fatih, zagen we juist posters van Erdogan. Niet zo prominent, maar evengoed aanwezig. Vaak achter een raam van een woning. De mensen hier waren ogenschijnlijk wat conservatiever. De vrouwen droegen een hoofddoek en lange jurk, de mannen liepen met een gebedskransje in de hand.

In Nederland kennen we sinds jaar en dag de hoofddoekdiscussie, die zo nu en dan weer oplaait. De laatste opleving ging over het toelaten van de hoofddoek bij de politie.
Nu heb ik moeite met het vormen van een duidelijke mening of oordeel over dat onderwerp. Vrouw noch Islamitisch zijnde ben ik er zelf niet zo mee bekend en zal ik er niet zo snel mee te maken krijgen.

In die discussie worden vaak begrippen gebruikt als vrouwenonderdrukking en vrijheid. Begrippen die afgelopen week door mijn hoofd begonnen te spoken.

In het straatbeeld van Istanboel zie alles door elkaar. Hippe jongeren in westerse kledij, maar ook mensen waarvan je kunt zien dat ze wat behoudender zijn. Niet zelden zagen we stellen waarvan de vrouw een boerka droeg en dus compleet bedekt was, met daarnaast een man in korte broek en T-shirt. Vrouwenonderdrukking, fluistert het westerse persoontje dan in je achterhoofd. Of dat nu wel of niet het geval is: de verhouding is duidelijk.

In het zwembad van het hotel was een vader kostelijk aan het spelen met zijn zoontje. Het was warm weer, perfect voor een middagje in het water. De vrouw bleef volledig aangekleed op een ligbedje. Het water ging ze niet in. Weer dat westerse stemmetje aan het fluisteren. Het kan toch niet mogelijk zijn dat ze niet het water in wil? Misschien kan ze niet zo goed tegen chloor, dacht ik later nog.

Waarom denk ik daar eigenlijk over na, denk ik terwijl ik dit nu tik.

Aan een strandje was een jong stel aan het zwemmen. Tenminste, dat probeerden ze. Hij in enkel een zwembroek, zij volledig gekleed in een zwart gewaad. Het was een jong verliefd stel, dat lieten ze duidelijk zien. Hij nam haar op zijn rug en sprong door het water, zij spatte pesterig zeewater zijn richting op. Ze genoten zichtbaar en hadden allebei plezier.
Hij leerde haar zwemmen. Ze draaide zich op haar rug en onder begeleiding van zijn armen probeerde ze zich vooruit te bewegen. Het was aandoenlijk om te zien.
Dat hij daarna de borstcrawl voordeed en daar zelf bijna bij verzoop, was net zo aandoenlijk.

Leren zwemmen. Jezelf voortbewegen in water. Vrijheid.

Het zwemtafereel deed me een beetje denken aan een clipje uit Welkom in de IJzeren Eeuw, over het opkomend strandtoerisme. In de victoriaanse preutsheid van de 19e eeuw mochten vrouwen wel zwemmen, maar o wee als er ook maar een bovenbeen te zien was. Er werden speciale omkleedkoetsen het water ingereden zodat de dames zich in alle discretie konden omkleden. Iets wat al tijden niet meer voor te stellen is. 

Terug naar Atatürk. Hij maakte een einde aan de religieuze leefregels in de publieke ruimte. Scheiding tussen Moskee en Staat, geen hoofddoeken meer bij openbare instellingen, als bijvoorbeeld de politie. Vrijheid voor Turkse vrouwen om hun hoofddoek af te werpen.

Erdogan, die ook graag Vader der Turken wil zijn, maakte dat juist weer mogelijk. Uiting geven aan je geloof mag best, en daarbij hoort in Turkije nu eenmaal een hoofddoek. Onder zijn bewind mogen politieagentes gewoon weer met hoofdoek hun ambt uitoefenen. Dat betekent vrijheid voor islamitische vrouwen om hun geloofsidentiteit uit te kunnen dragen.

Seculiere Turken slapen met een portret van Atatürk boven hun bed. Meer behoudender Turken met een portretje van Erdogan. Voor beiden betekenen ze allebei hetzelfde.

Wat is nu vrijheid? Betekent vrijheden voor de één een inperking voor die van een ander? Kunnen beide vrijheden in vrijheid naast elkaar bestaan? Of zal er altijd een spanningsveld tussen blijven?

In de straten van Istanboel zag ik veel meiden zonder hoofdoek. Ze liepen met een zelfbewuste tred. Ik zag ook veel meiden rondlopen, met diezelfde zelfbewustheid, maar dan mét hoofddoek.

En ik zag twee meiden, uit beide groepen, gezellig met elkaar een waterpijpje roken.


Nog een filmpje voor de leuk: 



Reacties

Populaire posts van deze blog

#155 Ranking de logo's

Vanochtend hoorde ik onderweg naar werk in het nieuwsbulletin van Radio2 de ophef voorbijkomen over het nieuwe logo van de Gemeente Urk. Kom op jongens, het is toch een kostelijk plaatje?  Omdat de ambtenaren van de NOP weer aan het werk zijn gegaan, was het zoeken naar een plekje. Mijn Toyotaatje (de meeste Toyota's per inwoners!) parkeerde ik naast een busje van de gemeente. Pas toen viel het logo van de NOP mij op. Was ik al wel bekend mee natuurlijk, maar een mens kijkt nu eenmaal anders naar zaken als hij net uit een dorp vol ophef komt puffen. Laten we de logo's van de andere Flevolandse gemeenten eens van dichtbij bekijken. En laten we er meteen een ranglijstje van maken.  Gemeente Almere Slogan: Het kán in Almere! Het logo van de gemeente Almere springt meteen in het oog. Hier is groots uitgepakt. Er wordt ook prettig gespeeld met het perspectief, waardoor je pas na een tijdje kijken een grote A ontwaart. Groots, maar plat. Almere samengevat. Had wel wat meer creativit...

#145 de Trumpweek

Een van de meest ingrijpende gebeurtenissen afgelopen week maakte nauwelijks indruk. Op mij noch op de mensen om me heen. Zelfs op sociale media is het behoorlijk rustig. In dat malle grote land is Donald Trump herkozen als president.    ‘Trump is weer president he,’ zei een collega terloops.    ‘Tsja, het is allemaal wat,’ antwoorde ik.    En daarmee was de bespreking van de verkiezingsnacht afgehandeld. Terwijl bij iedereen de alarmbellen af zou moeten gaan – Trump is een lont in een akelig gevaarlijk hoopje buskruit – gebeurt dat niet echt. Tenminste, ik heb het niet meegekregen. Misschien omdat mijn sociale-mediaconsumptie ook niet meer is wat het was. De fratsen van die andere halve zool, Elonnetje Musk, zorgt ervoor dat ik steeds minder zin heb om op die grote X te tikken. Na een tijdje merk je dat je er niks aan mist ook. Maar goed, we hadden het over de Amerikaanse verkiezingen. Iemand waar ik af en toe mee samen werk is een aantal jaar terug me...

#144 De mensheid zal nog van mij horen

Mag je een boek bejubelen alvorens je hem uitgelezen hebt? Ga het toch doen. In de podcast Radio Romano, een voortzetting van de Krokante Leesmap, werd het nieuwe boek van Joris van Casteren getipt. Bekend van titels als Lelystad, Het been in de IJssel en Het zusje van de bruid. De titel van dat boek over de man die jarenlang zijn overleden moeder in huis bewaarde heb ik zo snel niet paraat. Lelystad was een toffe leeservaring, kan niet anders zeggen. Zijn manier van schrijven - kort en afstandelijk en juist daardoor ironisch – trok me in een mum van tijd door dat hele boek heen. Van Casteren heeft een oog voor het menselijk tekort, en er is niets mooiers dan het menselijk tekort. Even zonder gekheid, de boeken van Van Casteren zijn niet enkel droog of grappig. Vaak juist een beetje luguber. Zoals Het been in de IJssel, wat gaat over, nou ja, een gevonden menselijk been in de IJssel. Dat boek is een zoektocht naar de eigenaar van dat been, wat hem uiteindelijk helemaal naar Duitsland l...