Doorgaan naar hoofdcontent

Treurtrips


“Treurtrips, kent u die uitdrukking?”

Afgelopen najaar verscheen het boek ‘treurtrips´ van journalist Mark van Wonderen. “Nederland is een ontzettend aangeharkt land.” En volgens van Wonderen krijgen gebieden daarom nauwelijks de kans om te verloederen. Juist de plekken en gebouwen die door lelijkheid of mislukte stadsplanning uit het oog springen, trekt zijn aandacht en zijn volgens de auteur het bezoeken waard. In diezelfde geest heb ik daarom een aantal weken geleden onze eigen provinciehoofdstad Lelystad bezocht, waarover later in dit artikel meer. 
Het boek Treurtrips

Het boek treurtrips laat zich het beste uitleggen als een reisgids voor Nederland, maar in plaats van de geprezen Keukenhof, Kinderdijk of Amsterdamse Grachtengordel voert deze reisgids je naar plekken zoals Tilburg, Drachten of Almelo. In dit boek vind je fiets-, wandel- en scootmobielroutes langs alle hoogtepunten. Zoals een zelf-respecterend reisgids het zich betaamt, zijn alle plekken voorzien van heuse kaarten waarin de treurroute netjes is uitgestippeld. De fotografie in dit boek weet de lelijkheid mooi te vangen en zijn voorzien van gortdroog commentaar. 

Wie tussen de regels door leest vind nog aardig wat informatie over de ‘treurplekken’. Kreileroord bijvoorbeeld, een dorp dat in de Wieringermeerpolder ligt en de bijnaam ‘het dorp dat nooit gebouwd had mogen worden’ draagt. In 1957 werd er begonnen met de bouw van het dorp dat oorspronkelijk als nederzetting voor landarbeiders bedoeld was. Maar door landbouwmechanisatie was het dorp vrijwel meteen al overbodig. Met als gevolg dat het dorp nooit afgebouwd is. Het dorp heeft dus geen hart; winkels of laat staan een kerk - toch typisch voor polderdorpen - vind men hier niet.
Of bijvoorbeeld Oost-Groningen, waar ooit de communistische partij zegevierde. In de totale leegte van Oost-Groningen is dan ook een ‘Hamer en Sikkellaan’ te vinden en heeft er jarenlang een negen meter hoog beeld van Lenin staan pronken. Het is dus niet alleen maar spot dat de boventoon voert, van Wonderen koestert wel degelijk een zekere liefde voor deze plekken.

Oog in oog met Cornelis Lely
Omdat we nu eenmaal Flevolanders zijn, besloot ik op een grijze zondagmiddag met een gezelschap de Ketelbrug over te steken en de Treurroute eens te doen door Lelystad. Wie heden ten dage een bezoek brengt aan Lelystad zal het wellicht niet meteen geloven, maar Lelystad is wel degelijk bedoeld als een fraaie, imposante stad met een skyline van heb-ik-jou-daar. De stad, vernoemd naar de architect van de Zuiderzeewerken, moest dienen als symbool van de overwonnen strijd tegen het water. Met de aanvang van de bouw werden terstond de grootse plannen opzij geschoven om plek te maken voor sobere, goedkope en weinig inspirerende woonblokken. De beoogde groei van de stad bleef uit en in de jaren tachtig streefde het jongere Almere de stad, qua inwonersaantal, voorbij. De man naar wie alles vernoemd is, Cornelis Lely, is op een enorme zuil gehesen en kijkt uit over het centrum van de stad. En het centrum, dat is waar je zijn moet wil je Lelystad beleven in optima forma.

Gezellige terrasjes aan het Agorahof
Met het boek in de hand begonnen we moedig aan de treurtrip. Voorzien van de Lelystedelingse schoon- en treurigheid staakte we halverwege de tocht. Koud van de wind zochten we de auto weer op en keerden we huiswaarts. Toen we als tussenstop een kopje koffie dronken bij een fastfoodrestaurant langs de A6, werden alle mensen verzocht het restaurant te verlaten. De tafels en bestelschermen werden koortsachtig gedesinfecteerd. De lockdown zou kort daarna afgekondigd worden, waar het die middag in Lelystad nog onzeker was. Het was, kortom, of we in een slechte rampenfilm terecht gekomen waren – met Lelystad als decor.
Niet lang daarna zou de corona-crisis in al zijn hevigheid losbarsten. Het einde van de lockdown, die de mensen in quarantaine dwong, is nog steeds niet in zicht. Voor wie net van plan was een treurtrip te maken; niet getreurd! Op zijn twitter-account neemt Mark van Wonderen je mee met een digitale treurtrip. Hetzelfde genot, maar dan veilig vanaf de bank thuis. 

En zo reden we de Ketelbrug weer over, door de aangeharkte Noordoostpolder met zijn akkers en tulpenvelden, naar ons eigen Urk. Op de ketelbrug keek ik opzij. Gelegen tussen de veilige dijken van het nieuwe land ligt nog steeds die groene bult van dat oude eiland, waarop de vuurtoren fier omhoog torent en ’s avonds zijn licht laat schijnen over het IJsselmeer . Een mooier symbool van de gewonnen strijd tegen het water is er niet.

- JMZWAAN 

Station Lelystad.
Voor Noord-Flevolanders de plek om je treinreis met grandeur af te trappen

Een leuk doorkijkje in het centrum van Lelystad
Twitter-account Mark van Wonderen: @JScheurbuijck
Voor wie geïnteresseerd is in de geschiedenis van Lelystad, is het boek 'Lelystad' van Joris van Casteren zeker een aanrader! 



Reacties

Populaire posts van deze blog

#112 terug Europa in

In Europa – proloog Als ik de vraag zou krijgen welk boek hét beste geschiedenisboek ooit is, zou ik meteen naar de boekenkast lopen om er een dikke pil uit te pakken. Er bestaan zoveel mooie, goede en interessante geschiedenisboeken (en stripboeken), maar ééntje steekt daar toch wel echt met kop en schouders bovenuit. En het is dit jaar 20 jaar geleden dat het boek uitgebracht werd. Het beste geschiedenisboek ooit blijft, in mijn optiek, In Europa van Geert Mak. Europese Steinbeck Geert Mak is geen historicus, zoals hij dat zelf vaak op bescheiden toon benadrukt. Hij is een journalist. Maar dat juist die twee dingen, journalistiek en geschiedkunde, bijzonder goed samengaan, heeft Mak met zijn In Europa bewezen. Er is geen ander boek als dit boek. Het zijn twee reizen die Mak hier maakt: eentje door het Europa van 1999 en eentje door die hele akelige, spannende, bewonderingswaardige en dynamische twintigste eeuw. Hij liet zich er voor inspireren door John Steinbeck, een Amerika

#138 toppiesoeppie

In Chin. Ind. Spec. Rest. De Lange Muur, in Emmeloord, wordt goede tomatensoep geserveerd. De tomatensoep van De Lange Muur is een begrip. Het hele restaurant de Lange Muur is een begrip. Het ceedeetje in de geluidsinstallatie draait al jaren. En dat hindert niet. Het is een vast onderdeel van de typische chineesbeleving: Ik eet de tomatensoep van Chin. Ind. Spec. Rest. De Lange Muur het liefst onder een verchineeste versie van I Am Sailing van Rod Stewart. De soep is het begin. Daarna komt het hoofdgerecht en dan pas waar ik in de eerste plaats voor kom: het dessert. De sorbet die ze serveren is net als de muziek al jaren hetzelfde. Fruit uit blik, een bolletje vanille-ijs, een bolletje bananenijs, een bolletje aardbeienijs, daarbovenop een klodder oud slagroom, afgemaakt met een knapperig wafeltje. Prachtig in zijn eenvoud, nimmer teleurstellend in de smaakbeleving. Maar het meest aardige van Chin. Ind. Spec. Rest. De Lange Muur is in de eerste plaats het personeel zelf. ‘Hoe

#53 Hompelvoet

In een van de eerste blogpost dit jaar schreef ik dat ik terug zou komen op wat ik vond van het boek De verworvenheden – of hoe je iemand wordt die ernaar verlangt op het eiland Hompelvoet te zijn. Het boek had ik voor mijn verjaardag gekregen en ik zag er naar uit om het te lezen, want ik had het ergens voorbij zien komen in een boekenrubriek en het had me nieuwsgierig gemaakt. En ondanks het mooie Engelse spreekwoord wat ik hier in het Nederlands zal tikken (want staak de verengelsing!), namelijk dat je een boek niet op zijn omslag moet beoordelen, trok dat kartonnen opdienblaadje me ontzettend aan. Ik had wat tijd nodig om over het boek na te denken. Dat doen weinig boeken. En de eerlijkheid gebied me te zeggen dat ik er nog steeds niet uit ben wat ik ervan vind. Maar ja, is ergens iets van vinden per se noodzakelijk? Wanneer heb je pas echt iets over iets te zeggen? Dat vraag ik me steeds meer af na het lezen van het boek. Tijdens het lezen van het boek raakte ik wat geërgerd