Doorgaan naar hoofdcontent

Posts

Posts uit februari, 2024 tonen

#75 Het Verhaal van Nederland: Oranje-Nassau

De geschiedenis van ons koningshuis laat zich vertellen als een spannend verhaal. Tenminste, dat poogt Het Verhaal van Nederland – Oranje-Nassau. De serie begint bij de Vader des Vaderlands, Willem van Oranje, en volgt de nazaten en telgen uit de koninklijke stamboom tot aan het heden. De serie zit goed in elkaar, het wordt prettig verteld door Daan Schuurmans en voor de historische scenes is moeite gedaan. Je ziet prachtige kostuums en decors – alles klopt. Nou ja, bijna alles. Waar in de ene aflevering schepen en stadsmuren vakkundig met de computer zijn toegevoegd, zie je in de andere aflevering Mary Stuart (17 e eeuw) aan wal stappen in het Zuiderzeemuseum met op de achtergrond een 19 e -eeuwse ophaalbrug. Shop dat dan ook even weg. Van het acteerwerk moet je houden. Net als in de voorloper van de serie wordt er stil geacteerd. Nou ja, af en toe hoor je iemand morren of geeft er iemand een gil. Een beetje amateurtoneel. Maar dat hindert niet: het is het verhaal waar het om gaa

#74 lekker koeterwalen

Onderweg luister ik nog altijd graag naar de radio. Een populair nummer dat telkens weer voorbijkomt is Écoutez-moi van Claude. Ook bekend van dat nummer met de pakkende titel: Ladada . De jongen maakt wel aardige muziek. Maar er is iets met Écoutez-moi. Als hij het refrein zingt en de titel een paar keer herhaalt, hoor ik in plaats van e-koe-te-mwah  telkens ik koeterwaal . Het kan komen door de manier van zingen door de zanger, maar net zo goed omdat mijn Frans om te janken is. Misschien hoorde ik het ook wel daadwerkelijk zo. Ik koeterwaal, ik koeterwaal, ik koeterwa-aal. Koeterwalen. Een juweeltje uit de schatkist van de Nederlandse taal. Het woord klinkt als twee eenden die met elkaar aan het kletsen zijn, maar koeterwalen betekend dat je in een vreemde, onduidelijke taal spreekt. Als iemand onbegrijpelijke taal uitbabbelt kun je zeggen dat diegene aan het koeterwalen is. Overigens heeft het woord niks met Wallonië of haar inwoners te maken. Écoutez-moi laat zich vertale

#73 some time to kill

Van de week had ik een moment waarop ik zou worden opgehaald voor een etentje. Ik had mijn werk gedaan en tussen toen en het moment waarop ik dus opgehaald zou worden zat een half uurtje. Een loos moment. Of een tussenmoment, zo kun je het ook noemen. In ieder geval een vervelend moment, omdat je aan het wachten bent en eigenlijk niet veel anders kunt doen. Veel mensen pakken dan hun telefoon en scrollen de tijd voorbij. En waarom ook niet, dat kan soms best lekker zijn. Omdat ik toch al aan mijn bureautje zat en dus wat tijd over had, ging ik maar wat schrijven. Ik moest denken aan de Engelse uitdrukking I´ve got some time to kill en zou haast opschrijven: ik heb wat tijd om te doden, maar dat zou een Anglicisme zijn en die dien je ten alle tijden te vermijden. Brrrr. Time to kill, naast dat het een steengoede James Bond titel is, klinkt het vooral alsof tijd op die manier plotseling iets onaangenaams is, iets vies. Een onwelkome gast waar je zo snel mogelijk vanaf wil. Of iets

#72 Bezeten Stad

Vorige week schreef ik een blogpost dat ik bezig zat in een boek dat ik voor mijn verjaardag had gekregen. Bezeten Stad, of Salem´s Lot zo je wil, van Stephen King. Nu had ik wel eens wat boekverfilmingen gezien van Stephen King, maar niet eerder had ik een boek van de man gelezen. Dit was dus mijn eerste King en hoewel ik niet meteen een liefhebber van griezel, - en horrorverhalen ben, moet ik zeggen dat het schrijfwerk van King en deze nagelbijter me bijzonder wist te boeien. Salem’s Lot, een rustig ons-kent-ons stadje in het Amerikaanse Maine, wordt in de zomer van 1975 bezocht door een drietal vreemdelingen. De eerste is Ben Mears, een schrijver die opgroeide in het stadje, maar wegtrok en terugkeert om een boek te schrijven over het plaatsje en één huis in het bijzonder. De andere twee mannen zijn Straker en Barlow, die in het stadje een antiekzaak openen en hun intrek nemen in juist dat huis waar de onplezante jeugdherinneringen van de schrijver liggen. Niet lang daarna gebeu

#71 start je dag met een blog!

Als je wat vaker deze pagina bezoekt (leuk dat je er bent!), is het je misschien opgevallen dat er sinds december elke dag een post wordt geplaatst. Dat had ik inderdaad een tijdje als voornemen, om elke dag te bloggen, maar ik wist dat ik dat niet zou doen. Je moet telkens maar weer een onderwerp hebben en het vraagt nogal wat discipline. Vooral dat laatste kan ik wat moeite mee hebben. Toch is het me tot nu toe redelijk gelukt dagelijks te bloggen. En het was geen voornemen. Ik merk dat het er gewoonweg in is geslopen. De post van gisteren was simpelweg opstaan, kleren aan, kopje koffie zetten, laptop openklappen en wat regels schrijven, laptop dichtklappen en klaarmaken voor werk. Nu pas zag ik dat er een foutje in zat. Er was zomaar een woord uit een zin gevallen. Heb ik wel vaker last van. In de vluchtigheid was me dat niet opgevallen. Maar een mens wordt veel vergeven op de vroege ochtend, nietwaar? Soms is bloggen hardop denken, soms is het delen wat je bezighoudt, soms

#70 ja man!

Gisteravond zag ik Bob Marley: one love in de biosscoop. Ach, wat kan ik van de film zeggen? Het is een beetje zoals alle biopics die je tegenwoordig van veel artiesten ziet. Het pakt wat hoogtepunten uit de carrière, is tegelijkertijd een coming-of-age en bevat veel muziek. En veel marihuana.   In de film wordt Bob Marley wel erg neergezet als een opvolger van het centrale figuur binnen het Rastafarigeloof. Iemand die overal vriendelijk naar knikt en alles beantwoord met ‘ja man!’. Als je al eens drie keer hebt gevraagd ‘nou Bob, zul je de tafel niet eens dekken?’ en je hoort tot drie keer ‘ja mán!’, gaat dat op ten duur ook wel tegenstaan geloof ik. Pas ergens in het eind zie wat menselijkheid. Maar op het einde zie je ook livebeelden van een optreden, waarbij hij twee politieke tegenstanders zich op een podium wist te verenigen. Inderdaad eindelijk one love voor dat eiland dat zo door bloedvergieten en geweld in zijn greep gehouden werd. Toen had ik toch wel even een k

#69 koffiedik

Het is nu tijdje geleden dat ik In Europa van Geert Mak gelezen heb, maar toch denk ik regelmatig nog aan dat boek. Omdat de vorige eeuw razend interessant is, omdat Europa zo interessant is, omdat Geert Mak zo interessant schrijven kan. Ergens in het boek, ik weet niet meer precies waar, haalt Mak het boek Botsende Beschavingen van Samuel Huntington aan, waarin een theorie wordt gesteld dat culturele en religieuze identiteit van mensen de belangrijkste bron van conflict wordt na de Koude Oorlog. (Het boek komt uit 1996). Nu gaat Geert Mak er verder niet zo op in, maar hij haalt er één voorbeeld uit die treffend is voor Europa. In het midden van ons continent loopt een soort zachte grens, of liever een soort breuklijn. Aan de ene kant ervan, de onze, wordt er nette filterkoffie gedronken en aan de andere kant koffie met drab. En dat zegt iets over beide kanten van Europa. Ik moest daar toch even aan denken toen ik vanochtend koffie uit mijn eenpersoonsapparaatje liet pruttelen.

#68 paginadraaier

Deze blogpost tik ik met kleine oogjes. Laatst had ik het met een goede bekende over Stephen King. Hij was daar weg van, ik had wel eens wat films gezien maar nog nooit echt een boek van de beste man gelezen. Dat moest ik echt eens gaan doen, aldus de goede bekende en ik kreeg voor mijn verjaardag Bezeten Stad cadeau. Of de Engelse titel: Salems Lot. Hij lag een tijdje op mijn stapeltje, omdat, nou ja, je moet ook maar zin hebben in fantasie en horror. Maar, ik moet zeggen, die Stephen King weet wel te boeien hoor. Dat doet hij door meteen in het begin vragen op te werpen. Vragen waarvan je wil weten hoe het afloopt, hoe het verder gaat. En hoewel de locaties van zijn verhalen, dat heb ik dan wel begrepen, altijd slaperige stadjes in Maine zijn, waar nooit iets echt spannend gebeurt, voel je die spanning toch de hele tijd in de schaduw lurken. Best knap hoe hij dat kan. Soms zijn de hoofdstukken wat uitgebreider, soms wat korter. Zoals aan het begin van het boek. Een man en jon

#67 heksenhumor

Gisteravond las ik een column van Beatrice de Graaf, iemand waar ik fan van ben, omdat ze hedendaagse zaken op een verbluffende manier in een historische context weet te plaatsen. Ze kan er bovendien prettig over vertellen, zoals in de Ongelooflijke Podcast. De column ging over het gebruik van humor en of we niet wat minder moesten lachen. Tenminste, zo vat ik dat maar even samen. Nu heeft een aardige blogger er al een stukje over geschreven, waar ik graag naar toe verwijs ( hier ), dus op het stuk van Beatrice zal ik verder niet ingaan. Maar wel op de reacties. Want na het lezen van de bovenstaande blog besloot ik ook om maar eens een duik te nemen in dat giftige bad en tjongejonge, wat ben ik toe aan een frisse douche. Er viel me iets op in de reacties. Beatrice werd opvallend vaak graftak genoemd. Dat deed me denken aan Sigrid Kaag. Kennen we die nog? Hoe vaak werd die wel niet heks genoemd? En dan vooral op dat rioolputje der internet. Hoe vaak #heks wel niet trending was

#66 wilde wereld

In 754 werd Bonifatius bij Dokkum in de pan gehakt. Dat vond ik altijd zo´n treurig beeld. Wat had beste man nu eigenlijk verkeerd gedaan anders dan wat heilige bomen omgehakt? Dat was toch immers voor de goede zaak? Ik herinner me nog van die prenten dat hij weerloos op de grond zit, met een bijbel in de lucht gestoken als bescherming voor de bijl die door een woeste Fries op hem af wordt geworpen. Maar, zo leerde ik laatst, het was helemaal geen laffe aanval van de Friezen. Bonifatius zocht juist de confrontatie op. Hij had een heel gewapend leger bij zich waarmee hij heiligdommen en tempels kort en klein sloeg. Hij wist precies waar hij de Friezen kon prikken en raken. En een fatsoenlijk gesprek zat er bij onze Boni niet in. Het was een hakker. Hak! Hak! Hak! Als Bonifatius vandaag had rondgetrokken zou er worden gewaarschuwd voor een radicale terrorist. Toen hij op oudere leeftijd zijn einde voelde naderen, trok hij bewust naar Dokkum. En hij wist heel goed wat de gevolgen zo

#65 lees, maar luister ook eens wat

Afgelopen najaar besloot ik mezelf een draadloze koptelefoon cadeau te doen. Omdat ik tijdens het huishouden wel wat afleiding kon gebruiken in de vorm van podcasts en muziek, zo hou je het nog tenminste dragelijk, ging ik op zoek naar een koptelefoon die je aan kunt sluiten op je telefoon. Podcast aan en knallen maar. Zo wordt stofzuigen iets om naar uit te zien! Nu had ik al begrepen dat die van JBL wel van aardige kwaliteit zijn. En inderdaad zeg, wat klinkt alles beter door zo’n ding! Ik hoor sindsdien telkens iets nieuws bij muziek die ik al tijden luister. Nu heb ik ooit een lijstje opgesomd met redenen om te gaan lezen, en één reden daarvan is dat het je inbeeldingsvermogen prikkelt. En bij muziek werkt dat eigenlijk net zo, kom ik steeds meer achter. Zo luisterde ik laatst wat filmmuziek. Dat komt zo: in mijn auto heb ik een verzameling cd’tjes die ik luister als de radio me niet bevalt. Op weg naar huis drukte ik de cd-knop in. En daar klonk opeens de mars van Star Wars

#64 bijna dertiger/nog steeds twintiger!

Er is iets aan de hand in onze vriendengroep. Drie leden daarvan, waaronder ikzelf, zijn allemaal van 1994. En dat betekent dat er een zeker rond getal zit aan te komen. Het kwam laatst ter sprake toen we bij elkaar waren. ´Jullie worden dit jaar allemaal dertig! ´, merkte een vriend net iets te enthousiast op.    Een vriendin: ‘daar merk je niks van hoor! Toen ik dertig werd was het niet of ineens alles ermee ophield. Leeftijd is maar een getal! Ik voel me nog steeds 25!’    Ja ja , dacht ik.    Die vriend: ‘ik ben al jaren al een ouwe lul’.    Maar wij, de (nu nog) twintigers, trokken toch alle drie een beetje wit weg. Het Oude Dorp , waar de groep ooit is gevormd, wordt nauwelijks nog bezocht. Het is dat één iemand er ons af en toe nog naar toe dwingt. En ja, dat kunnen af en toe hele gezellige avonden zijn. Maar waar ooit de avond geen einde leek te hebben, lijkt dat einde nu ook steeds later te zijn. Daarmee bedoel ik te zeggen dat er vaker op de klok gekeken wordt en vake

#63 KLADDERADATSCH

Er bestaan talloze soorten woorden, maar de leukste daarvan zijn toch wel, tenminste in mijn optiek, klanknabootsingen. Onomatopeeën. En vanuit die groep gaat mijn aandacht vaak naar een leenwoord uit het Duits. Het woord betekend ineenstorting , chaos of wanorde . Maar het is dus ontstaan als nabootsing van iets dat kapot valt. Hoe boots je dat na? klad-duh-ra-datsj Spreek het woord eens hardop uit. Je ziet gewoon een theekopje op een wiebelend dienblad, het ter aarde storten en in duizend stukjes uiteenspatten op de grond. Kladderadatsch! Wat kan taal toch gaaf zijn he?

#62 Hilversum en haar kippen

Het was natuurlijk een trendje op TikTok, en best grappig ook, maar het blijft iets waar ik vaak aan moet denken. Het Romeinse Rijk. En het is heerlijk om vaak aan het Romeinse Rijk te denken. Zoals Keizer Honorius. Eén van de laatste keizers van het West-Romeinse rijk. Dat was me toch een keizer. Aan het begin van zijn bewind stond er nog geen zuchtje wind, aan het einde ervan werd zijn rijk al bijna van de kaart geblazen. Maar dat is niet de reden waarom ik aan Honorius denk. Honorius hield namelijk kippen. Daar was hij stapelgek op. Hij had sommige kippen ook koosnaampjes gegeven zoals Nero en Romulus en Remus – de stichters van de stad. Maar hij had één lievelingskip en die droeg de naam Roma, genoemd naar de stad waar hij zijn zetel bestierde. Totdat op een ongelukkige dag Rome werd ingenomen door de Visigoten. Daar ging de hoofdstad van zijn machtige rijk. Een bediende kwam naar hem toe gehold. ‘Keizer, keizer! We zijn Rome kwijt!’   ‘We zijn Rome kwijt?’ riep de keizer, ‘

#61 de hoge bergen van Portugal

Als je blogt over de Hebbanchallenge dien je ook te bloggen over de boeken die je leest, vind je ook niet? Dit boek gleed mijn handen door en vanwege de cover en de titel besloot ik hem mee te nemen. Nu had ik nog nooit van Yann Martel gehoord, hij schijnt Life of Pi geschreven te hebben en op de achterkaft wordt hij een meesterverteller genoemd. Nou, dat belooft wat! Het boek verteld over de levens van drie mannen die op het eerste gezicht niets met elkaar te maken hebben, maar waar toch een rode draad doorheen loopt. Het boek telt maar drie hoofdstukken. Eigenlijk zijn het drie korte novelles. Maar wat is dan die rode draad? Thuisloos Als de jonge Tomás aan het begin van de vorige eeuw in het archief van Lissabon een dagboekje vindt van een zekere pater, die het heeft over een artefact wat de kerk op zijn kop zal zetten (vrees niet, het wordt geen Dan Brown en bovendien schrijft Martel beter) besluit hij op zoek te gaan naar het voorwerp. Zijn zoektocht leidt hem naar de hoge

#60 Nomen est Omen

Topcover. Aan historische figuren worden vaak bijnamen gegeven. We kennen allemaal Karel de Grote, Lodewijk de Zonnekoning en Willem de Zwijger. Maar wie waren Jan met de Kaak, Wladisaus Spillebeen, Lodewijk de Twister en Johanna de Waanzinnige eigenlijk? In het boekje Nomen est Omen onderzoekt Bart Funnekotter, van de gelijknamige rubriek in het NRC, hoe heersers hun bijnamen kregen. Waren daar hun aanbidders of juist hun vijanden verantwoordelijk voor? Wat ik wel kan vertellen is dat de bijnamen gegeven door die laatste categorie het vermakelijkst zijn. Neem Godfried III van Neder-Lotharingen. Ach, wat was die man een tragisch levensloop beschoren. Toen hij in 1069 zijn vader (Godfried met de Baard) opvolgde en hertog werd van de Lage Landen, werd hij gepresenteerd als een veelbelovende jongeman – ‘maar wel met een bochel’. Het leverde hem de bijnaam De Bultenaar op.    Hij mocht trouwen met Mathilde van Canosa, maar dat huwelijk liep al snel op de klippen waarna Mathilde terugk

#59 waarom moet je lezen?

De bibliotheek mag graag weten welke mensen naar de bieb komen. Zo kan de bibliotheek inspelen op de behoeftes van de inwoners. In de Noordoostpolder zijn dat toch vooral kinderen die een boekje komen lenen. Daarna zie je nog wel eens puber voor een schoolopdracht de bieb binnen sjokken, op zoek naar het kleinst mogelijke boekje om daarna weer zo snel mogelijk te vertrekken. Dan blijft het een tijdje stil. Opeens zie je dan weer jonge vaders en moeders, met hun kinderen. Dan blijft het weer een tijdje stil. Aha, de vijftigplussers! Welkom terug! Er zijn dus twee doelgroepen die moeilijk hun weg naar de bibliotheek weten te vinden: jongvolwassenen en (nou ja, gewone) volwassenen.   En dat is best jammer. Want de bibliotheek is er voor iedereen. En de afwezigheid van die groep zorgt ervoor de bieb zich op de twee doelgroepen richt die wel komen: kinderen en ouderen. Niks mis mee natuurlijk, maar toch denken we geregeld na over de vraag hoe we de bibliotheek wél aantrekkelijk kunnen

#58 SCAB SKOEL

Uit onderzoek blijkt dat angst, - en spanningsklachten op Urk toeneemt. En het blijkt ook dat wanneer Urkers aan de bel trekken met die klachten het eigenlijk al veel te laat is. Reden voor SCAB Skoel om uit te zoeken hoe dat nu toch mogelijk is. Het thema van de avond: mentale gezondheid op Urk. Het is één van de redenen waarom ik fan ben van SCAB Skoel: het maakt onderwerpen die, op Urk, niet zo makkelijk te bespreken zijn toch toegankelijk. En het is een fijne plek om te luisteren naar iemand die iets te zeggen heeft. Gisteravond was de eerste keer dat ik erbij mocht zijn. Vanwege de slaapdiensten die ik altijd draaide op de avond dat er SCAB Skoel was kon dat nooit. Het werd meteen een vuurdoop voor me, want ik mocht aftrappen met een column. In het Urkers. Dat is vrij lastig kwam ik achter. Wanneer komt er een groen boekje voor de Urker taal? Maar het gaat om de gasten. En die hadden genoeg interessants te vertellen. Eigenlijk is een kwartiertje te kort. Ik zou naar iedere