Voor de laatste keer mag hij zijn hoed en zweep weer
oppakken. Indiana Jones, gespeeld door de inmiddels 80-jarige Harrison Ford, is
toe aan zijn vijfde en meteen ook laatste avontuur. Na lang uitgekeken te
hebben naar de film was het gisteravond dan eindelijk zover. Eindelijk kon ik
een Indiana Jones film op het grote doek zien! Voor de eerste (en de beste)
films ben ik immers te jong om ze in de bioscoop gezien te hebben.
Indiana Jones is Hollywood op zijn best. Bedenkers George
Lucas en Steven Spielberg maakten met Raiders of the lost ark een knipoog naar
de pulp-avonturenfilms uit de jaren 30 met een archeoloog als antiheld, schurken
in de vorm van nazi’s, enge beesten en een avontuur dat zich afspeelt op
verschillende exotische locaties. In iedere film komt wel een artefact voor uit
het verleden, meestal gebaseerd op waargebeurde episodes uit de geschiedenis,
maar altijd met magische en bovennatuurlijke krachten. Dat is meteen wat de
films zo leuk maakt: het neemt zichzelf niet serieus. Gooi daarbij de muziek
van John Williams bovenop en je hebt alle ingrediënten voor een van de meest
geliefde filmreeksen ooit.
Maar nu de laatste film. Steven Spielberg gaf het
regiestokje over aan James Mangold en hoewel die daarmee voor een onmogelijke
opgave werd gesteld, is het hem aardig gelukt een fijne prent af te leveren. The
dial of destiny begint met (inmiddels geen spoiler meer) een digitaal verjongde
Harrison Ford aan het einde van de Tweede Wereldoorlog. In een actiescène die echt
wel de sfeer van de films van weleer weet te pakken, ontfutselt hij een
artefact van een nazi-schurk die wellicht gebruik kan maken van scheuren in de
tijd en daarmee het verloop van geschiedenis kan beïnvloeden. Ik weet het, het
klinkt niet bepaald overtuigend en dat zal het de verdere film ook niet doen.
Dan zien we Indiana aan het einde van
de jaren 60. De maanlanding is net achter de rug en Indiana staat op het punt om
met pensioen te gaan, totdat zijn peetdochter Helena voor de deur staat. Ze wil
achter het verloren gewaande artefact aan. Het zou haar wereldfaam opleveren en
voor Indiana nog een klapper voordat het gordijn voor hem valt. Hoewel Indy er
weinig zin in heeft, pakt hij uiteindelijk toch zijn hoed en zweep en volgt hij
Helena op zijn laatste avontuur.
En een avontuur wordt het zeker. Misschien komt het doordat
we per ongeluk een 4DX kaartje hadden besteld, waardoor we net als Indiana in
zijn tuktuk door Marokkaanse steegjes flink op en neer werden geschud. De film
heeft een aantal achtervolgingsscènes die het sfeertje hebben van de eerste
film. De actie is oké, en Harrison Ford maakt ondanks zijn leeftijd nog steeds
indruk als de manhaftige archeoloog. Net als zijn tegenspeler Mad Mikkelsen
trouwens, die als naziwetenschapper Jürgen Voller een heerlijke schurk neerzet.
Dat geld helaas niet voor de peetdochter
Helena (Phoebe Waller-Bridge). Het personage is bij vlagen geestig, maar vaker
irritant en haar motieven blijven onduidelijk. Gemiste kans.
Een vraag die me vooraf bezighield: een Indiana Jones film
zonder Spielberg en Lucas, kan dat wel goed gaan? Het antwoord is ja. Mangold
heeft zijn best gedaan om een spannend en actievol avontuur neer te zetten en brengt
een waardevol en emotioneel saluut aan de archeoloog.
Toch twijfelde ik een beetje bij het verlaten van de bioscoopzaal. De film had de juiste ingrediënten om een klassieke 'Indy' te zijn. En toch voelde het, mede dankzij de maffe ontknoping, niet zo. Aan Harrison Ford ligt het niet, noch aan de setting of actiescenes. Misschien het verhaal dat halverwege de film wat inzakte, of dat twee-en-half uur toch wat te lang is. Dat was het ook niet. De film miste, besloot ik maar, toch de schwung en visuele flair van Spielberg.
Wie naar de bioscoop gaat met de verwachting dat de film een
volwaardig opvolger van de originele films is, kan die verwachting beter
bijstellen. Zie het vooral als een eerbetoon aan de films van weleer en het
karakter Indiana Jones – en je hebt een fijne, avontuurlijke filmavond.
Reacties
Een reactie posten