Toen ik vanmiddag mijn werkplek verliet strompelde ik over het volgende:
Harmen Visserplein, Emmeloord |
We zien hier een flinke bolus, waarschijnlijk het product van een hond, gedraaid op een grasperkje vlak voor de ingang van een werkplek voor mensen met een verstandelijke beperking. Tot zover de locatie en het probleem.
Wat in het oog springt is dat hartje, boven op een stokje.
Dat is wat de aandacht trekt. De bolus, hoe omvangrijk hij dan ook is, zie je
makkelijker over het hoofd. Door het hartje krijgt het meteen iets positiefs,
iets gezelligs. Terwijl, aan het bijproduct van een viervoeter zit weinig
gezelligs aan.
Dan dat vlaggetje. In een groene cirkel staat een poepende
hond afgebeeld. Ik had voor de kleur rood gekozen, als ik diegene was die het
geplaatst had. Groen is juist aanmoedigend. Het staat voor positiviteit. Voor eco
en bio.
Opruimen graag! Dat klinkt dan weer passief-agressief.
Precies zoals bordjes en briefjes behoren te zijn. Netjes uitgevoerd.
Op de terugrit bleef ik me afvragen: wie zet zo’n bordje neer?
Wie spoedt zich bij het treffen van een hondendrol huiswaarts om zo’n bordje op
te halen? Wie steekt er moedwillig een stok in hondenpoep? Wat is dat voor type
mens? Zou diegene ’s avonds nog komen controleren of het daadwerkelijk is opgeruimd?
En wat ik me afvraag: wat kost nu eigenlijk meer moeite? Om
zo’n bordje neer te planten of om een boterhammenzakje te halen en de drol op
te rapen?
Overigens voelde ik me niet geroepen om enige vorm van actie
te ondernemen.
Hondenpoep, ellekelle.
Reacties
Een reactie posten