Een collega met een hoge functie vroeg of ik nog vakantie had.
En wat ik dan ging doen.
‘Luieren, boeken lezen en ik moet
natuurlijk ook nog op vakantie,’ zei ik.
‘Moet je of vakantie of mag je op
vakantie?’ vroeg hij.
‘Ik mág op vakantie,’ antwoorde ik als
een terechtgewezen puber.
Op vakantie gaan is een vreemd fenomeen. Je reist naar een
plek om dingen te doen die je thuis ook zou kunnen doen. Zoals naar een strand
gaan, zwemmen, uit eten in een restaurant en natuurlijk luieren en boeken
lezen. Is het nodig om daar een dag voor te reizen en daarbij een vliegtuig te
nemen?
Aan de andere kant, als je een beetje cultureel of
toeristisch bent ingesteld, ga je op vakantie dingen doen die duizenden andere
mensen gaan doen. Allemaal slenteren door een oud charmant centrum, allemaal op
de foto op die ene plek met fantastisch uitzicht, allemaal op de foto met dat ene
kasteel of burcht waar ooit een baron woonde met een oorlogsverleden. Of een toren
waarin iemand van adel zat opgeborgen. Of een brug van een al lang overleden architect die bij
leven vrouwonvriendelijke gedragingen liet zien. Ook dat is vakantie.
Overigens heb ik dit jaar voor het eerst een weekje vrij genomen. Dat was in juni. Omdat ik pas in september op vakantie ga dacht ik, kom jongen, gun jezelf even wat rust, je moet nog een zomer door. Het is ook wel eens fijn om gewoon thuis te zijn. Een dagje musea bezoeken, wat leuks doen met vrienden, thuis klusjes doen waar je normaal niet aan toekomt. Ook wel eens leuk hoor. Vakantie kan ook vakantie zijn zonder op vakantie te moeten.
Hoe dan ook: nog een week. Dan MAG ik met vakantie. En ik ben, even tegen
jou gezegd beste lezer, eraan toe ook.
Ik ben toe aan een oud stadcentrum, aan bijzondere gebouwen
en kerken, aan lekker eten, aan niksen, aan een flinke wandeling maken, aan
boeken lezen, aan een frisse duik nemen na een warme dag, aan een natuurgebied
bezoeken. Allemaal dingen die eigen land ons biedt, maar die je voor die ene keer per
jaar eens buiten de deur zoekt. Soms is het ook gewoon wel eens lekker om de
toerist uit te hangen.
Soms wil je gewoon te veel betalen voor een
skip-the-line-ticket om te ontdekken dat de reguliere wachtrij een stuk korter
is. Soms wil je gewoon wachten tot er plek is bij die spot waar iedereen foto’s
maakt, om later te ontdekken dat het uitzicht een eindje verderop een stuk
spectaculairder is. Soms wil je gewoon aangetrokken worden door met Paint gefabriceerde
menukaarten en rotzooi eten voor te veel geld. De ultieme tourist-experience!
Maar wat ik eigenlijk het leukste vind aan op vakantie gaan:
de voorpret.
Van tevoren slaapplaatsen boeken en je vast verwonderen over
het ontbijt (alleen met vakantie ontbijt ik uitgebreid), gidsjes aanschaffen en
alles lezen over de stad of gebied die je gaat bezoeken, uitzoeken wat je graag
wil zien; vaak is dat nog leuker dan de vakantie zelf.
Dit jaar: Istanbul. Of Istanboel. Je mag het wat mij betreft ook nog Constantinopel noemen. Eens zien hoe die Turkse gastvrijheid is. En voor de voorpret alvast inlezen.
Reacties
Een reactie posten