Doorgaan naar hoofdcontent

#251 Euroorwurm

Bij gebrek aan beter hadden we ons op zaterdagavond rond een televisietoestel verzameld. De tafel was gevuld met hapjes en drankjes, je weet wel, zoals dertigers hun zaterdagavond vormgeven. Zoals we ooit lyrisch waren over een nieuw drankje of cocktail in de kroeg, raken we nu opgewonden van een nieuw ontdekte humusdip in de supermarkt. Helemaal niet erg: ben dol op humus.

Vanuit het beeldscherm knalde de bombarie van ’s werelds grootste muziekevenement de woonkamer binnen. We keken naar acts vol licht en geluid, met tussendoor blokjes stijve Europese presentatie en bijhorende ongemakkelijke humor. Tussen alle ellende door af en toe een inzending die ons wist te bekoren.

Eurovisie is ergeren. Eurovisie is verbazen. Eurovisie is droevig besluiten dat dit het beste is wat tweeduizend jaar beschaving en cultuur voortbrengt. Hoort er allemaal bij: het geeft sjeu aan de avond.

Van alle inzendingen die aan ons voorbijtrokken kan ik mij een week later niet veel meer herinneren. Als ik het goed heb kwam Litouwen met een lied over afscheid nemen van de zomer tijdens een eerste najaarsstorm, Noorwegen met een waarschuwing tegen het gebruik van maagtabletten en IJsland met een lied over stoutmoedig gas geven als het stoplicht op oranje springt.

Denk ik, want naast Engels spreek ik weinig Europees. En dat was dit jaar opvallend: veel artiesten zongen in hun eigen of andere taal of er werden verschillende talen samengevoegd. Het Engels was in ieder geval niet langer overheersend. Misschien begint Europa voorzichtig afscheid te nemen van de Angelsaksische wereld?

Van al die inzendingen zijn me er maar twee bij gebleven. Ik zeg niet dat ze goed zijn, daar ga ik verder niet over, maar de melodieën van de twee is in mijn oren gekropen en laat zich moeilijk verjagen.

De eerste is Estland. In eerste instantie meende ik er een parodie op Hotel Europa in te zien met een persiflage van Ilja Leonard Pfeijffer. Maar het lied gaat over koffie: Mi amore, mi amore, espresso macchiato, macchiato, macchiato por favore.

Ik denk dat bij bijna alle koffieautomaten van werkend Nederland afgelopen week dit deuntje geklonken heeft.

De melodie van het couplet is overigens direct gekopieerd van De barbier van Sevilla, ontdekte ik op het Instagramkanaal van NPO Klassiek.

Waarom blijft dit hangen? Waarom neurie ik dit al de hele week? Volgens Wikipedia heb ik te maken met een oorwurm:

De theorie is dat de melodie harmonieus is, maar niet volgens het "gewone model" oplost naar een eind toe. In de melodie kan ook een kleine afwijking zitten die het "westers" oor niet gewend is. De hersenen proberen de oplossing te zoeken en blijven het fragment afdraaien. Als remedie wordt geadviseerd de melodie uit te zingen, waardoor het probleem zou verdwijnen.

Espresso Macchiato is inderdaad niet volgens het ‘gewone model’.

De andere oorwurm is de inzending van KAJ, een band uit de Zweedstalige minderheid van Finland. Ze mochten Zweden dit jaar vertegenwoordigen met een lied over sauna’s. Bara Bada Bastu.

Ze hebben niet gewonnen. Volgens mij maakte dat de heren van KAJ ook helemaal niets uit. Ze hadden zichtbaar plezier tijdens hun act en de rest van de avond hebben ze alleen maar zitten glunderen. Juist de bedoeling van zo'n avond. Oh oh, oh oh, oh oh, bada bastu jåå!

Overigens bood het Wikipedia-artikel nog een andere remedie:

Volgens in 2015 gepubliceerd wetenschappelijk onderzoek kan het fenomeen worden tegengegaan door kauwgom te kauwen.

Laat deze week alle Sportlife 1+1 gratis zijn bij de AH.

Reacties

Populaire posts van deze blog

#209 de Trumpweek

Een van de meest ingrijpende gebeurtenissen afgelopen week maakte nauwelijks indruk. Op mij noch op de mensen om me heen. Zelfs op sociale media is het behoorlijk rustig. In dat malle grote land is Donald Trump herkozen als president.    ‘Trump is weer president he,’ zei een collega terloops.    ‘Tsja, het is allemaal wat,’ antwoorde ik.    En daarmee was de bespreking van de verkiezingsnacht afgehandeld. Terwijl bij iedereen de alarmbellen af zou moeten gaan – Trump is een lont in een akelig gevaarlijk hoopje buskruit – gebeurt dat niet echt. Tenminste, ik heb het niet meegekregen. Misschien omdat mijn sociale-mediaconsumptie ook niet meer is wat het was. De fratsen van die andere halve zool, Elonnetje Musk, zorgt ervoor dat ik steeds minder zin heb om op die grote X te tikken. Na een tijdje merk je dat je er niks aan mist ook. Maar goed, we hadden het over de Amerikaanse verkiezingen. Iemand waar ik af en toe mee samen werk is een aantal jaar terug me...

#219 Ranking de logo's

Vanochtend hoorde ik onderweg naar werk in het nieuwsbulletin van Radio2 de ophef voorbijkomen over het nieuwe logo van de Gemeente Urk. Kom op jongens, het is toch een kostelijk plaatje?  Omdat de ambtenaren van de NOP weer aan het werk zijn gegaan, was het zoeken naar een plekje. Mijn Toyotaatje (de meeste Toyota's per inwoners!) parkeerde ik naast een busje van de gemeente. Pas toen viel het logo van de NOP mij op. Was ik al wel bekend mee natuurlijk, maar een mens kijkt nu eenmaal anders naar zaken als hij net uit een dorp vol ophef komt puffen. Laten we de logo's van de andere Flevolandse gemeenten eens van dichtbij bekijken. En laten we er meteen een ranglijstje van maken.  Gemeente Almere Slogan: Het kán in Almere! Het logo van de gemeente Almere springt meteen in het oog. Hier is groots uitgepakt. Er wordt ook prettig gespeeld met het perspectief, waardoor je pas na een tijdje kijken een grote A ontwaart. Groots, maar plat. Almere samengevat. Had wel wat meer creativit...

#208 De mensheid zal nog van mij horen

Mag je een boek bejubelen alvorens je hem uitgelezen hebt? Ga het toch doen. In de podcast Radio Romano, een voortzetting van de Krokante Leesmap, werd het nieuwe boek van Joris van Casteren getipt. Bekend van titels als Lelystad, Het been in de IJssel en Het zusje van de bruid. De titel van dat boek over de man die jarenlang zijn overleden moeder in huis bewaarde heb ik zo snel niet paraat. Lelystad was een toffe leeservaring, kan niet anders zeggen. Zijn manier van schrijven - kort en afstandelijk en juist daardoor ironisch – trok me in een mum van tijd door dat hele boek heen. Van Casteren heeft een oog voor het menselijk tekort, en er is niets mooiers dan het menselijk tekort. Even zonder gekheid, de boeken van Van Casteren zijn niet enkel droog of grappig. Vaak juist een beetje luguber. Zoals Het been in de IJssel, wat gaat over, nou ja, een gevonden menselijk been in de IJssel. Dat boek is een zoektocht naar de eigenaar van dat been, wat hem uiteindelijk helemaal naar Duitsland l...