Doorgaan naar hoofdcontent

#289 De geschiedenis achter spreekwoorden

Amsterdam bestaat dit jaar 750 jaar. In de ontstaansgeschiedenis van de stad zitten prachtige verhalen. Verhalen waar we een aantal spreekwoorden en gezegden aan over hebben gehouden.

Zoals bijvoorbeeld Tegen de Bierkaai vechten. Amsterdam was al vroeg een handelsstad. In de middeleeuwen werd bij gebrek aan schoon drinkwater vaak bier gedronken. Maar ook om bier te kunnen brouwen heb je schoon water nodig. Er werd daarom bier uit Duitsland geïmporteerd, wat in Amsterdam aan wal gebracht werd aan de Bierkade. Tegenwoordig de Oudezijds Voorburgwal.

In de negentiende eeuw was het bij wijze van volksvermaak gebruikelijk dat verschillende knokploegen uit verschillende buurten met elkaar op de vuist gingen. Altijd aardig, een potje knokken. Maar de tegen de mannen van de Bierkade was geen beginnen aan. Die strijd verloor je bij voorbaat. En dat is precies wat het spreekwoord vandaag de dag nog betekent.

Een ander spreekwoord, Je ergens met een jantje-van-leiden vanaf maken, komt ook uit Amsterdam. In de tijd van de Wederdopers, een doorgeslagen religieuze beweging in de 16e eeuw, was hij een van de leiders. Het begon allemaal met nobele bedoelingen. Zo streefden de Wederdopers naar een eerlijke wereld met gemeenschap van goederen. Maar al snel dreef er radicalisering in de groep en kwam het tot een opstand. Onder aanvoering van Jan van Leiden werd er een revolutie uitgeroepen, fanatiekelingen bestormden het stadshuis, en toen daar doden bij vielen had Jan hem allang gesmeerd. Een revolutie, ja graag, maar de handen moeten er niet vies bij worden. Dankzij deze halfslachtige poging leeft Jan nog altijd voort in het spreekwoord die gebruikt wordt wanneer iemand zich ergens gemakkelijk vanaf brengt. Zijn tegenstanders deden dat overigens niet: Jan van Leiden werd in een Münsterse gevangenis doodgemarteld, waarna zijn lichaam in een ijzeren kooi aan de toren van de Lambertikerk werd gehangen. De beweging van de Wederdopers was daarna snel voorbij.

Overigens begon die hele revolutie op de winteravond van 11 februari 1535. Bij een bijeenkomst stond iemand op, rukte al zijn kleren van het lijf en wierp die in het vuur. Onder het motto ‘Wee, wee, de wrake Gods’ volgden de andere aanwezigen zijn voorbeeld en renden ze allemaal naakt de straat op. Zo alleen was de mens in zijn pure vorm, De naakte waarheid. Nog zo’n gezellige herkomst van een spreekwoord.

Dit alles hoorde ik in de meest recente aflevering van Alle Geschiedenis Ooit, over de 750-jarige geschiedenis van Amsterdam.

Spreekwoorden en gezegden dragen vaak een geschiedenis met zich mee, die we soms allang uit het oog verloren zijn of niet meer kennen. Ze gaan een geheel eigen leven leiden. Gelukkig zijn er mensen die de moeite hebben gedaan om de herkomst van al die spreekwoorden te achterhalen en op te schrijven. In mijn boekenkast heb ik twee van zulke boekjes, ooit ergens gevonden in een kringloopwinkel of uitverkoopbak. De eerste is van Friederike de Raat (Waarom mussen nooit dood van het dak vallen) en de andere is uitgegeven door Van Dale (Een lust voor het oog).

In de laatstgenoemde worden spreekwoorden behandeld die allemaal uit de Bijbel afkomstig zijn. En ook hier weer: veel spreekwoorden worden gebruikt zonder de geschiedenis te kennen. Oud en der dagen zat, is zo’n heerlijke uitdrukking. Altijd prachtig gevonden, maar wat ik dus niet wist is dat het de slot is van het Bijbelboek Job. ‘En Job stierf, oud en der dagen zat’. In de Statenvertaling tenminste, want in de NBG-vertaling staat ‘oud en van het leven verzadigd’, en in de NVB ‘oud en verzadigd van het leven’. Nou ja, wat ik hiermee zeggen wil: het is maar goed dat de Statenvertaling bestaat. Het heeft de Nederlandse taal meer beïnvloed dan we denken. 

En ik vraag mij weleens af: welke spreekwoorden zouden later gebruikt worden die terugslaan op onze tijd?



Reacties

Populaire posts van deze blog

#219 Ranking de logo's

Vanochtend hoorde ik onderweg naar werk in het nieuwsbulletin van Radio2 de ophef voorbijkomen over het nieuwe logo van de Gemeente Urk. Kom op jongens, het is toch een kostelijk plaatje?  Omdat de ambtenaren van de NOP weer aan het werk zijn gegaan, was het zoeken naar een plekje. Mijn Toyotaatje (de meeste Toyota's per inwoners!) parkeerde ik naast een busje van de gemeente. Pas toen viel het logo van de NOP mij op. Was ik al wel bekend mee natuurlijk, maar een mens kijkt nu eenmaal anders naar zaken als hij net uit een dorp vol ophef komt puffen. Laten we de logo's van de andere Flevolandse gemeenten eens van dichtbij bekijken. En laten we er meteen een ranglijstje van maken.  Gemeente Almere Slogan: Het kán in Almere! Het logo van de gemeente Almere springt meteen in het oog. Hier is groots uitgepakt. Er wordt ook prettig gespeeld met het perspectief, waardoor je pas na een tijdje kijken een grote A ontwaart. Groots, maar plat. Almere samengevat. Had wel wat meer creativit...

#209 de Trumpweek

Een van de meest ingrijpende gebeurtenissen afgelopen week maakte nauwelijks indruk. Op mij noch op de mensen om me heen. Zelfs op sociale media is het behoorlijk rustig. In dat malle grote land is Donald Trump herkozen als president.    ‘Trump is weer president he,’ zei een collega terloops.    ‘Tsja, het is allemaal wat,’ antwoorde ik.    En daarmee was de bespreking van de verkiezingsnacht afgehandeld. Terwijl bij iedereen de alarmbellen af zou moeten gaan – Trump is een lont in een akelig gevaarlijk hoopje buskruit – gebeurt dat niet echt. Tenminste, ik heb het niet meegekregen. Misschien omdat mijn sociale-mediaconsumptie ook niet meer is wat het was. De fratsen van die andere halve zool, Elonnetje Musk, zorgt ervoor dat ik steeds minder zin heb om op die grote X te tikken. Na een tijdje merk je dat je er niks aan mist ook. Maar goed, we hadden het over de Amerikaanse verkiezingen. Iemand waar ik af en toe mee samen werk is een aantal jaar terug me...

#208 De mensheid zal nog van mij horen

Mag je een boek bejubelen alvorens je hem uitgelezen hebt? Ga het toch doen. In de podcast Radio Romano, een voortzetting van de Krokante Leesmap, werd het nieuwe boek van Joris van Casteren getipt. Bekend van titels als Lelystad, Het been in de IJssel en Het zusje van de bruid. De titel van dat boek over de man die jarenlang zijn overleden moeder in huis bewaarde heb ik zo snel niet paraat. Lelystad was een toffe leeservaring, kan niet anders zeggen. Zijn manier van schrijven - kort en afstandelijk en juist daardoor ironisch – trok me in een mum van tijd door dat hele boek heen. Van Casteren heeft een oog voor het menselijk tekort, en er is niets mooiers dan het menselijk tekort. Even zonder gekheid, de boeken van Van Casteren zijn niet enkel droog of grappig. Vaak juist een beetje luguber. Zoals Het been in de IJssel, wat gaat over, nou ja, een gevonden menselijk been in de IJssel. Dat boek is een zoektocht naar de eigenaar van dat been, wat hem uiteindelijk helemaal naar Duitsland l...