‘Zin om een dagje uit te gaan?’ appte een vriend. ‘Je hebt een leuke podwalk in de Bijlmer.’ Soms moet je niet te lang nadenken. ‘Prima,’ appte ik terug.
![]() |
Hoogoord |
En zo liepen we op een zaterdag door de Bijlmermeer. Bims,
zoals het in straattaal heet. Of Amsterdam Zuidoost, zoals citymarketeers het
graag genoemd willen horen. Wij houden het bij De Bijlmer, zoals we het kennen.
Echt kennen doen we het natuurlijk niet. Hoor je de naam
Bijlmer, dan denk je aan enorme rijen flats in honingraadvorm, verveling en
criminaliteit. Mislukte stadsplatting kortom. En niets is mooier dan mislukte
stadsplanning.
De stem van Daan Schuurmans klonk in onze oren. Omdat
Amsterdam dit jaar 750 kaarsjes mag uitblazen, verscheen afgelopen voorjaar de serie
Het verhaal van Amsterdam, een vervolg van de serie Het verhaal van Nederland.
De Bijlmer vertelt het verhaal van volksuitbreiding, het optimisme van de jaren
60, het geloof in de menselijke maakbaarheid en ook de kater daarvan. Prima
ingrediënten voor een fijne stadswandeling.
De eerste flat: Hoogoord. Hier werden in 1968 de sleutel overhandigd aan de eerste bewoners. ‘Moet je je voorstellen,’ zei Schuurmans iets in die trant, ‘in de eerste jaren was hier nog niets. Je zag zand, zover het oog reikte.’ Het begin van de Bijlmer klinkt voor onze Flevolandse oren maar al te bekend. Het oorsprongsverhaal van de Bijlmer is die van Lelystad of Almere. Ook daar sprong het optimisme uit de ogen bij het in ontvangst nemen van de eerste sleutel.
Net als in de Flevopolder, klotste ook hier ooit water. De
Bijlmermeer werd in 1627 al drooggelegd, maar bleef eigenlijk een mislukte polder.
Het bleef er drassig, liep geregeld onder water, en alleen aan de zijkanten kon
er geboerd worden. Toch leek Amsterdam het een mooie plek om een nieuwe stad te
bouwen. Die kostelijke oude boerderijtjes, vaak al een paar eeuwen oud, moesten
wijken voor de vooruitgang.
Onder leiding van de architect en stedenbouwkundige Siegfried
Nassuth, moest het plan voor de Bijlmer vooral een functionele zijn. Dat
wil zeggen: een strikte scheiding tussen wonen, werken en recreëren. Zelfs het
verkeer werd gescheiden. Auto’s, fietsers en voetgangers kregen ieder hun eigen
ruimte. Van de snelweg reed je zo de garage in, hup, naar je eigen flatje. De
moderne mens had volgens de beweging recht op een rustige groene woonomgeving,
zonder verkeer.
Op papier klinkt dat mooi – wonen in het groen – en de
honingraatstructuur zorgde er bovendien voor dat ieder appartement uitzicht had
op de groene parken. Maar als er niemand op straat is, is er ook geen sociale
controle. Vanuit je werk direct je flatje in klinkt fijn en handig, maar je
moet ook reden hebben om in je vrije tijd dat flatje weer uit te gaan. De jongen
gezinnen waar de Bijlmer oorspronkelijk voor bedoeld was verhuisden, aan gebrek
van speelruimte en voorzieningen, naar doorzonwoningen buiten Amsterdam. De
flats kwamen voor een groot gedeelte leeg te staan. In plaats van optimisme,
kwamen er verveling en andere problematiek. Die fijne wandelpaden die door de grote
parken liepen, konden na zonsondergang maar beter gemeden worden.
Leegstand doet een wijk zelden goed. In de jaren 70 trokken in
de jaren rondom de onafhankelijkheid veel Surinamers naar Nederland. Ze werden
actief geweerd door woningbouw en huurcoöperaties in de binnenstad, maar één
huurcoöperatie maakte zich hard voor de nieuwkomers en bood ze een woonplaats
aan. Dat was in de Bijlmer.
Nog steeds kent de Bijlmer een grote Surinaamse gemeenschap.
Samen met de Antilliaanse, Ghanese en nog 127 andere nationaliteiten maakt dat
van de Bijlmer een veelkleurige wijk.
Op het Anton de Komplein bekeken we het beeld van de Surinaamse
schrijver en verzetsman. Er lagen verse boeketen bloemen onder zijn sokkel.
Net toen we rondom zo’n honinggraatflat wilden lopen, ontdekten
we een zaterdagmarkt. Kraampjes vol met kousenband, bakka’s, schaafijs, foodtrucks,
kleding en wat niet meer. Er klonk muziek, er wapperden vlaggen met veel kleur.
Bij een opgewekte foodtruckhoudster dronken we een blikje Fernandes. Een
cadeautje was het.
De Bijlmer staat bekend om zijn diversiteit. 130
nationaliteiten, je moet het maar kwijtkunnen in al die flats. Toch krijg je al
rondwandelend het gevoel dat al die culturen samensmelten tot een soort
Bijlmercultuur. Een mooi voorbeeld is daarvan de straattaal die er ontstaan is,
vanuit verschillende talen en tegenwoordig zelfs elders in Nederland gesproken
wordt. Een ander - indrukwekkend - voorbeeld is het monument voor de Bijlmerramp.
Op 4 oktober 1992 stortte en vliegtuig van de maatschappij El
Al neer op de flats Groeneveen en Klein-Kruitberg. In de knik van een
honinggraat werden 40 appartementen weggevaagd, en zo’n 130 appartementen werden
getroffen door de brand die na de inslag volgde.
Na de ramp werd er door buurtbewoners een herdenkingsplek
opgericht bij ‘de boom die alles zag’. Later kwam er een monument, met een
galerij waarop teksten staan met betrekking tot de ramp en het pleintje is
betegeld met mozaïeken die samen door buurtbewoners, nabestaanden, overlevenden
en hulpverleners is gemaakt.
Nog jaarlijks wordt de ramp herdacht. Schiphol laat dan geen vliegtuigen over Amsterdam Zuidoost vliegen, wat normaal een drukke route is.
![]() |
Het monument voor de Bijlmerramp |
In de jaren 90 is de wijk flink op de schop gegaan. Hoogbouw werd afgebroken en maakte plaats voor laagbouw. Er kwamen meer voorzieningen, zoals sportgelegenheid en ontmoetingsplekken. In een nieuw theater worden voorstellingen gemaakt door Bijlmerbewoners, die verhalen vertellen uit de buurt. Van een betonnen stad veranderde de wijk in een kleurrijke plek. Het voorbeeld dat Amsterdam voor de Bijlmer nam: Almere.
We wandelden door het Nelson Mandelapark weer terug naar de
Arena. Daan Schuurmans nam afscheid. We bedankten Daan en stopten de oortjes
weg. Voor de wandeling waren we nog even naar de Zeedijk geweest voor een
broodje bij slagerij Vet (Schijnt populair te zijn door TikTok ofzo? Je hoeft
je schoenen er niet voor aan te trekken hoor). Amsterdam geeft je wat je
verwacht: drukte, toeristen, vunzigheid, wietwalmen. Het is altijd leuk om er te zijn, maar voor mij hoeft dat niet langer dan een paar uur te duren. Daarom was het des te leuker deze podwalk te doen. Je ontdekt een nieuwe plek, je maakt evengoed je aantal stappen en ondertussen leer je ook nog eens wat.
![]() |
Moeder Aarde |
Er zijn nog meer podwalks te doen van Het Verhaal van Nederland. Er zijn routes door de oude binnenstad, de grachtengordel, de 19e -eeuwse uitbreidingen en Noord. En ook elders in het land zijn er leuke wandelingen te doen. Ik vond het een leuke manier van wandelen en kennis te maken met de Bijlmer.
Reacties
Een reactie posten