Op internet zag ik een oproep voor de lezersmars voorbijkomen, een ‘symbolisch weerwoord van boekenliefhebbers tegen censuur, autocratie en andere ondemocratische bewegingen die overal ter wereld opduiken’.
Na de mars, zo las ik op de site, zouden de deelnemers gelijktijdig
voorlezen uit een meegebracht favoriet boek, waardoor er een ‘kakofonie’ zou oprijzen
‘uit al die verschillende kelen en boeken’. Dat zou dan symbool staan voor de ‘krachtige
stem van de literatuur’.
Het was jammer dat ik een zaterdagdienst had. De mars en in
het bijzonder de kakofonie leek me geinig om bij te wonen.
In de avond – vrienden waren afwezig of hadden andere afspraken
– lag ik onderuitgezakt in de bank televisie te kijken zoals je dat
tegenwoordig doet; met de smartphone voor de neus. Bij het avondnieuws viel het
woord ‘demonstratie’, en ik verruilde het kleine scherm voor het grote. De
kakofonie!
De eerste gedachte: dat is raar uit de hand gelopen. Waren
dit die brave boekenlezers?
Pas een paar seconden later begreep ik dat ik niet naar de demonstratie
in Utrecht keek, maar naar die in Den Haag. De woorden ‘hooligans’ en ‘anti-immigratie’
werden genoemd, in een gebouw waar een politieke partij haar kantoor huisvest
waren ruiten ingegooid. Tijd voor een sigaretje.
Per toeval zapte ik later naar een aflevering van Mocronado’s, een
documentaireserie van regisseur Jalal Bouzamour. In de serie volgt hij vier
mannen die naar Nederland waren gekomen als gastarbeiders. Hij vroeg ze hoe dat
hun was vergaan, aankomen in een nieuw land, met andere mensen en andere
gewoonten.
In een (niet toevallige) setting aan de Zaanse Schans
streken ze neer voor een picknick, met de typische molens in de achtergrond. Toevallig
(of juist niet) hadden ze allemaal een Nederlands meisje gevonden, waarmee ze
waren getrouwd en een gezin mee hadden gesticht. De mannen waren bijzonder
openhartig en de serie dreigde een beetje zoet te worden, tot de kinderen aan het
woord kwamen. De uitdagingen die kwamen kijken bij opgroeien tussen twee
culturen werden niet uit de weg gegaan.
Eén van de mannen, Mohammed, was neergestreken in een Fries
dorpje en was getrouwd met een echte Friezin. Ze zaten naast elkaar in de
woonkamer toen ze werden geïnterviewd, en zij was degene die een doosje onder
haar stoel vandaan toverde. De inhoud, vertelde ze, had Mohammed gekregen omdat
hij zich naast zijn werk in de fabriek had ingezet als vrijwilliger in het
buurtcentrum. Daar had hij andere nieuwkomers op weg geholpen, door ze onder
andere de Nederlandse taal te leren. De Friezin tilde het dekseltje op. De
koninklijke onderscheiding in de vorm van een oranje lintje lag even trots in
het doosje als Mohammed naast zijn vrouw zat.
Het zou de lange dag kunnen zijn geweest, of de eerste werkweek die
na de vakantie in de benen zat. Het zou het contrast met de beelden uit Den
Haag kunnen zijn geweest, of het sentimenteel-manipulerende deuntje dat onder
de serie was gemonteerd. Misschien wel een combinatie van dat alles. Vertederd
keek ik vanaf de bank naar het stel.
En potjandorie – met de laatste lintjesregen en de
citroengrimas van onze voormalige minister van Asiel en Migratie indachtig – wat
doen we in dit land mensen als Mohammed en zoveel anderen toch ongelooflijk
tekort.
Net als de boekenliefhebbers trouwens, want van die hele
kakofonie heb ik niets meer teruggezien. Ach, laat de lintjestrots van dat
gezellige echtpaar maar bestaan als tegengif.
Mocronado’s is te zien bij WNL op NPO Start.
Reacties
Een reactie posten