Doorgaan naar hoofdcontent

Posts

#80 Merho en het oude ambacht

Merho stopt met striptekenen. Het kwam voorbij in een nieuwsoverzichtje en het trok mijn aandacht. De naam Merho is in Nederland niet zo bekend. Toch is het één van de meest productiefste en bestverkochte stripauteurs in Vlaanderen. Zijn strip, de Kiekeboes, waarin het gezin van Marcel Kiekeboe centraal staat, wordt nog altijd bijzonder goed gelezen. Het is jammer dat Merho nooit goed is doorgebroken in Nederland. Zijn strips zijn in de stijl van Suske en Wiske, waar hij begonnen is als tekenaar, maar dan volwassener en spannender. ´Het komt door de naam´, peinsde hij toen er eens naar gevraagd werd. De strip heette toen nog Kiekeboe, en dat klonk wat kinderachtig. Terwijl Merho naar eigen zeggen liefhebber is van de Nederlandse humor en zijn best gedaan heeft om de strip ook hier door te laten breken. Maar Nederland is nu eenmaal geen stripland. Er is nog iets wat het spijtig maakt dat Merho ermee stopt. Hij was één van de laatste die het oude ambacht van strip maken nog goed in...

#79 Woerd Snater

Ergens las ik ooit dat er een verschil zit tussen Amerikaanse en Europese stripverhalen. Dat zit hem vooral in de hoofdpersonen. Amerikaanse striphelden zijn ook echt helden: Superman komt van een of andere planeet waardoor hij superkrachten heeft, spiderman is gebeten door een bijzondere spin waardoor hij spinnenwebben uit zijn handpalmen kan schieten en noem al die andere supers maar op met hun malle gaven.    Europese striphelden daarentegen hebben geen bijzondere gaven of krachten. Het zijn gewoon mensen, en sterker nog, mensen met gebreken en tekortkomingen. Robbedoes is maar gewoon een simpele liftbediende, Kuifje een bleue journalist en Suske en Wiske zijn eigenlijk maar twee hele saaie kinderen. Toch waren de stripverhalen in de tweede helft van de vorige eeuw razend populair. Het zegt misschien iets over onze volksaard – voor zover je daar over kunt spreken – dat we liever kijken naar figuren waarin we onszelf kunnen herkennen, ons kunnen verkneukelen om hun ellend...

#78 de poepende man

Op Mallorca heeft een Nederlandse jongen op het hoofd van een slapende man gepoept. Het zou een typische balorige komkommernieuwskop zijn geweest, of iets van de Speld, maar het stond er tocht beslist: op Mallorca heeft een Nederlandse jongen op het hoofd van een slapende man gepoept. De jongen die zijn broek liet zakken vond dat op het moment zelf heel grappig. Want hij was al een paar dagen op Mallorca met een aantal vrienden en het was ‘lachen, gieren, brullen. Elke dag zuipen, feesten. Vanaf ’s middags 14:00 uur zit je al helemaal in de olie. Je kent het wel.’    Ik ken dat niet, maar ik kan me voorstellen dat je na ‘zo’n dertig biertjes en twintig shotjes’ en 20 uur geen slaap in staat bent tot acties waarvan je het gevolg niet meer overziet. De volgende ochtend kwam dat besef, maar te laat. Het filmpje ging al rond op het wereldwijde web. En zo kreeg ik op een regenachtige zondagmorgen het filmpje onder ogen op Twitter, nadat ik tal van verontwaardigde tweets en o...

#77 recensie: Indiana Jones and the Dial of Destiny

  Voor de laatste keer mag hij zijn hoed en zweep weer oppakken. Indiana Jones, gespeeld door de inmiddels 80-jarige Harrison Ford, is toe aan zijn vijfde en meteen ook laatste avontuur. Na lang uitgekeken te hebben naar de film was het gisteravond dan eindelijk zover. Eindelijk kon ik een Indiana Jones film op het grote doek zien! Voor de eerste (en de beste) films ben ik immers te jong om ze in de bioscoop gezien te hebben. Indiana Jones is Hollywood op zijn best. Bedenkers George Lucas en Steven Spielberg maakten met Raiders of the lost ark een knipoog naar de pulp-avonturenfilms uit de jaren 30 met een archeoloog als antiheld, schurken in de vorm van nazi’s, enge beesten en een avontuur dat zich afspeelt op verschillende exotische locaties. In iedere film komt wel een artefact voor uit het verleden, meestal gebaseerd op waargebeurde episodes uit de geschiedenis, maar altijd met magische en bovennatuurlijke krachten. Dat is meteen wat de films zo leuk maakt: het neemt zichzelf...

#76 Bibliosaai?

‘Is het niet saai?’, kreeg ik verschillende keren als vragend antwoord toen ik de switch aankondigde.    Misschien komt het door het stoffige imago dat de bibliotheek nog altijd heeft, of door het feit dat geen van mijn bevriende leeftijdsgenoten sinds jaren een stap in een bibliotheek hebben gezet – laat staan een boek gelezen – dat ik deze vraag voorgeschoteld kreeg.      Nu ik de eerste echte werkweek erop heb zitten kan ik zeggen: nee, het is niet saai. Een aantal dingen vielen me op: - Dat de jeugd nauwelijks niet leest klopt niet. Stapels prentenboeken en jeugdboeken worden er iedere dag weer geleend en ingeleverd. - Er worden nog stripboeken gelezen! Iets waar ik ontzettend blij van word. - Er zijn nog mensen die informatie uit boeken halen in plaats van het wereldwijde web. Ik mocht een jochie helpen om boekjes over panda’s te zoeken voor zijn spreekbeurt. Plotseling was ik terug in mijn eigen jeugd, nog voor het Wikipediatijdperk, in de bibliothe...

#75 Ansoop (ansjovis)

  Volgens mij heb ik het nog maar één keer gegeten. En dat slechts als onderdeel in een gerecht dat ik ook nog maar één keer gegeten heb. Het gerecht was gefrituurde courgettebloem, op een terrasje ergens in Rome, de smaakmaker was ansjovis. Per toeval zag ik nieuwe boek van Petra Possel voorbijkomen op sociale media, en hoewel je een boek niet op zijn kaft moet beoordelen, trok het mijn nieuwsgierigheid en trakteerde ik mezelf vervolgens op de rode omslag, met daarop een knalgeel conservenblikje ansjovis. Petra Possel, ooit vanuit Amsterdam naar het rustieke Friese Gaast getrokken, was op een dag de dijk opgeklommen en zat daar op een bankje te mijmeren over het IJsselmeer. Hoe kan het toch zijn dat toen het IJsselmeer nog zee was het vol ansjovis zat en we het nu nog nauwelijks kennen?    Bij Ansjovis - of Ansoop in fijn Urkers – denken we vooral aan Zuid-Europa. Een Nederlander belegt zijn pizza nu eenmaal niet zo snel met ansjovis, dat bestellen we bij de Italia...

#74 De dood van Stalin

 In de late ochtend van 1 maart 1953 kwam er een bediende met een kopje thee met een schijfje citroen aan een slaapkamerdeur. Ze haalde adem, schraapte haar keel en klopte aan… maar hoorde niets. Ze moet gedacht hebben dat de persoon die ze wekken moest nog lag te slapen, en diegene hield er niet van gestoord te worden uit zijn nachtrust. Ze zal, zo stel ik het me voor, het dienblaadje tenslotte voor de deur hebben neergezet en de verdere dag in spanning hebben gekeken of de thee naar binnen was gepakt. Maar thee werd er niet meer gedronken. Aan de andere kant van de deur lag Jozef Stalin. Op zijn tapijt, in een plas van zijn eigen urine. Het zou nog de hele dag duren voordat zijn personeel eindelijk de moed bij elkaar had verzameld de kamer te betreden en de man in zijn noodlijdende toestand aan te treffen. De Maarschalk was getroffen door een hersenbloeding. Misschien komt het door de oorlog in Oekraïne en de steeds meer ontpoppende dictator Poetin dat ik mij steeds meer begi...